Interview /
Thomas Enger: ‘Het succes heeft mijn geloof bevestigd’
Zijn haar is kort geschoren, zijn strakke bril modieus, zijn kleren zijn onberispelijk. Hij oogt als een ordelijk man die oog heeft voor finesses. Een perfectionist in woord en gebaar. Iemand die graag controle heeft over dingen en die daarom moeite heeft met zijn eerste grijze haren, de uitwassen op Facebook en de opvattingen van grafisch ontwerpers die de covers voor zijn boeken creëren. Thomas Enger is lichtelijk verbijsterd: “Op de cover van de Nederlandse proefdruk van mijn boek staat een vliegende uil afgebeeld. Grafisch gezien een aardig beeld, maar ik weet alleen niet waar het op slaat. En in Italië hebben ze gekozen voor een sneeuwpop op de cover en dat terwijl mijn boek zich in de zomer afspeelt, haha. Ik laat het maar. Ik ga ervan uit dat uitgevers weten wat hun lezers het liefste zien.”
LITERATUURBARBAAR
In tegenstelling tot de meeste auteurs van misdaadromans was Thomas Enger in zijn jeugd geen lezer. Enger: ”Tot mijn 14e had ik vrijwel geen boek gelezen. Ik was een echte literatuurbarbaar. Daarna ben ik op aandrang van mijn ouders de grote klassiekers gaan lezen. Ze waren niet aan mij besteed. Tot ik op een gegeven moment een misdaadroman in handen kreeg. Die heb ik ademloos uitgelezen. Het was meteen het begin van een periode waarin ik intensief thrillers heb gelezen. Zo weinig als ik eerst met teksten te maken wilde hebben, zo geobsedeerd door teksten raakte ik later. Ik ben journalistiek in Stavanger gaan studeren en geschiedenis in Oslo. Na mijn studie ben ik tien jaar journalist geweest voor de online krant, Nettavissen. De eerste vijf jaar was ik redacteur en beeldresearcher. Daarna werd ik hoofd van de sportredactie. Over misdaad heb ik nooit geschreven.”.
GEBROKEN HART
“Over het schrijven van boeken ben ik al in een eerder stadium na gaan denken, namelijk toen het uitraakte met mijn toenmalige vriendin. Ik was ziek van liefdesverdriet en ik had een bezigheid nodig die mijn gedachten afleidde. Ik heb toen een jaar lang aan een boek gewerkt dat nooit uitgegeven is. Maar ik had wel de smaak te pakken gekregen wat schrijven betreft. Jaren later, toen ik inmiddels getrouwd was en kinderen had, ben ik opnieuw begonnen. Ik had in 2008 om diverse redenen ontslag genomen bij Nettavissen en wilde proberen een bestaan op te bouwen als auteur. Dat ik misdaadromans wilde schrijven, lag voor de hand omdat dat mijn favoriete genre is. Het grappige is dat een nachtmerrie die ik ooit had de basis is geweest voor het verhaal van mijn boek. In het eerste hoofdstuk van mijn boek laat een oude man zijn hond uit en vindt het lijk van een jonge vrouw, die ingegraven en gestenigd is. Dat is exact hetzelfde als in mijn droom gebeurde. Toen ik begon te schrijven, heb ik deze droom gebruikt en er het gegeven aan vastgeplakt dat de dode jonge vrouw was vermoord ten gevolge van de Sharia. Of eigenlijk de “hudud”, dat wil zeggen de straf die iemand krijgt voor een misdaad die in de Koran wordt genoemd. Op die manier kon ik de integratieproblematiek die dagelijks in de Noorse media breed uitgesponnen wordt, een goede plaats geven in mijn boek.
GETRAUMATISEERDE HOOFDPERSOON
Dat ik van mijn hoofdpersoon Henning Juul een journalist heb gemaakt, komt omdat ik de wereld van de journalistiek het beste ken en dus geloofwaardig kan beschrijven.
Juul is een getraumatiseerde journalist wiens 6-jarige zoontje Jonas in een brand in zijn huis om het leven is gekomen. Henning Juul zelf loopt derdegraads verbrandingen aan zijn gezicht op en houdt er akelige littekens aan over. Na twee jaar uit de running te zijn geweest wil hij zijn werk als misdaadjournalist weer oppakken. Deze achtergrond heb ik verzonnen omdat het verlies van je kinderen me het ergste lijkt dat een ouder kan overkomen. Ik heb zelf twee kinderen en als ik hen zou verliezen, zou ik gek worden. Het is de grootste nachtmerrie denkbaar. Henning Juul is dan ook voor de rest van zijn leven getekend. Zowel qua uiterlijk als qua innerlijk. Zijn motivatie om door te leven schuilt in het feit dat hij zich niet precies kan herinneren wat er precies gebeurd is en dat hij wil proberen het mysterie van de brand in zijn huis op te lossen. Hij hield zijn zoontje in zijn armen tijdens de brand en is nog steeds overmand door schuldgevoel. Maar, hij heeft het gevoel dat iemand zijn huis in brand heeft gestoken, al heeft hij geen idee waarom. Zijn enige motivatie om door te leven is zijn drang om de waarheid te willen achterhalen. Emotioneel gezien is hij een wrak. Toch gaat hij weer werken. Hij wil bewijzen dat hij nog steeds dezelfde briljante misdaadverslaggever is als vroeger. Hij krijgt de kans omdat hij de moord op de gestenigde vrouw krijgt toegewezen.”
CENTRALE VERHAAL
Schijndood kent meerdere onderwerpen en verhaallijnen, waarbij een hoofdrol is weggelegd voor integratieproblematiek en de daaraan gelieerde moord. Toch is het niet het kernverhaal. Thomas Enger: “Het hoofdverhaal gaat eigenlijk over de getraumatiseerde Henning Juul die weer aan het werk wil. Ik wilde hem portretteren als een groot misdaadverslaggever die zichzelf opnieuw moet uitvinden. Maar toen ik mijn nachtmerrie in het boek verwerkt had en ik het lijk van een gestenigde jonge vrouw geïntroduceerd had, merkte ik dat het voor mij de ideale gelegenheid was om iets over integratie in Noorwegen te schrijven. De moslimgemeenschap heeft grote moeite om te integreren in de Noorse maatschappij en omgekeerd begrijpen de Noren te weinig van de moslims om dat proces goed te laten verlopen. Men weet en accepteert gewoon te weinig van elkaar. Ik wilde iets schrijven over de Sharia, maar eigenlijk wist ik er niets van. De meeste Noren denken bij Sharia aan een krankzinnige extremistische wet die vertelt dat er bij dieven handen afgehakt moeten worden en dat overspelige vrouwen gestenigd moeten worden enzo. Die onwetendheid werkt de integratieproblemen natuurlijk in de hand. Mensen zijn altijd bang voor dat wat ze niet weten of kennen. Het integratieprobleem heb ik vormgegeven door een studente een film te laten maken over de Sharia, hetgeen uiteraard op weerstand stuit. Dat zorgt voor het belangrijke thrillergedeelte van mijn boek. Maar nogmaals, het centrale thema in mijn boek is de moeizame terugkeer van Henning Juul in zijn werkkring.”
GETROUBLEERDE COLLEGA’S
Henning Juul is niet het enige personage met moeilijkheden. Zijn hoofdredacteur Kare Hjetland heeft het syndroom van Gilles de la Tourette, zijn vroegere stagiaire Heidi wordt zijn baas, is rancuneus en gaat over lijken, de politieagent Bjarne Brogeland is zwaar oversekst. Kortom, er komt geen normaal mens in het boek voor. Thomas Enger is het zich bewust: “Het is natuurlijk veel interessanter om over “niet normale” mensen te schrijven. In de wereld van het boek zijn normale mensen saai. In ieder geval niet interessant. Verder moet je er als schrijver voor zorgen dat de hoofdpersoon de nodige tegenstand krijgt. Een romanpersonage bloeit op bij problematische verhoudingen. Daarom heb ik de ex-vrouw van Juul een verhouding laten beginnen met één van zijn collega’s. Iemand die dus op alle fronten een concurrent is. Zijn ex-vrouw haat Juul en Juul haat op zijn beurt de nieuwe vriend van zijn ex-vrouw.
Verder is de vroegere, ambitieuze, stagiaire van Juul nu zijn baas geworden. Een vrouw die Juul dus voorbijgestreefd is. Kijk, dat soort conflicten werkt uitermate spanningverhogend. Ook de bijfiguren en de familieleden van Juul in mijn boek krijgen te maken met dergelijke conflictsituaties. Never a dull moment. Dat is drama.”
KRITIEK OP JOURNALISTEN
In Schijndood komen de journalisten er niet al te best vanaf. Thomas Enger beschrijft hen als gemakzuchtig, onzorgvuldig, sensatiebelust en niet loyaal. Thomas Enger: “Loyaliteit is iets van vroeger. De huidige journalist heeft veel weg van een voetballer. De beste misdaadjournalisten werken voor de hoogste bieder. In de tien jaar dat ik voor een online krant heb gewerkt, heb ik de mentaliteit van journalisten zien veranderen. Het komt mede door de hoge druk. Journalisten krijgen geen tijd meer om een fatsoenlijk artikel te schrijven. Ze mogen tien à vijftien minuten aan een stukje werken. Daarna gaat het op internet. En vervolgens moeten ze al aan een nieuw stukje beginnen. Helaas is het noodzakelijk geworden om snel te zijn, want als je meer tijd uittrekt voor een artikel zijn alle andere online kranten je allang voor. Mijn hoofdpersoon Henning Juul heeft moeite met dat mechanisme. Hij is in zijn hart nog een ouderwetse, degelijke journalist die kwaliteit wil leveren. Maar dat is niet wat men van hem vraagt. Men vraagt snelheid en sensatie. Dat is één van de redenen dat ik in 2008 bij Nettavissen ben weggegaan. De sportredactie werd ingekrompen van 9 naar 5 man en daarmee kelderde de kwaliteit. Het was niet leuk meer. Maar het voordeel was dat ik een nieuwe ambitie voor mezelf geformuleerd heb: een carrière als thrillerauteur.”
SCANDINAVISCHE TRADITIE
In principe is Schijndood van Thomas Enger geheel in de Scandinavische traditie geschreven. Er is een hoofdpersoon met veel persoonlijk leed. Veel van zijn familieleden hebben ruzie of zijn inmiddels dood. En verder worden er meerdere maatschappelijke problemen behandeld, zoals drugshandel, integratieproblematiek, en jeugdbendes. Thomas Enger bevestigt dan ook volmondig dat zijn werk geheel binnen de Scandinavische traditie valt: “Ja,daar is geen ontkomen aan. De eerste thrillers die ik las waren van Henning Mankell, Jo Nesbø, Unni Lindell, Anne Holt, Liza Marklund en tal van andere Scandinavische auteurs. Voordat ik begon te schrijven, heb ik hun werk bestudeerd. Ik wilde hun techniek doorgronden om daar mijn voordeel mee te doen. Ik ben door hen beïnvloed en het is ongetwijfeld zo dat dat in mijn werk weerspiegeld wordt. Maar als je mijn tweede boek leest, zal je zien dat ik tegenwoordig meer beïnvloed wordt door Amerikaanse schrijvers als Harlan Coben en John Hart. Coben duikt altijd in het verleden van mensen. Daar houd ik van, evenals van zijn enorme gevoel voor humor.”
REALITEIT OF B-FILMSCENARIO
Het begin van Schijndood is volstrekt realistisch geschreven. Maar ergens halverwege het boek wordt de realiteit ingewisseld voor de fantasie van een B-film. Zo wordt een Pakistaanse jongen neergeschoten net op het moment dat hij belangrijke informatie wil verschaffen aan een politieagent. Even later wordt Henning Juul op een filmische wijze achtervolgd waarbij constant de kogels om zijn oren vliegen. Taferelen die we kennen uit Kuifje en James Bond. Thomas Enger: “Haha, ja dat is net als in de film, ja. Kijk, ik heb geprobeerd zo realistisch mogelijk te schrijven, maar tegelijkertijd heb ik tijdens het schrijven de scènes als een film aan mijn geestesoog voorbij zien trekken. Wat betreft het politiewerk, de journalistiek, de integratieproblematiek is mijn boek 100% realistisch. Tot in de kleinste details. Maar een boek is fictie. En om de lezer een spannend verhaal voor te schotelen, mag ik als schepper van mijn eigen fantasiewereld best de spanning opvoeren met minder realistische elementen. Per slot van rekening is het geen documentaire. De kern en de details van het verhaal zijn geloofwaardig. Daar gaat het om.”
Foto boven: Thomas Enger (links) wordt samen met Scandinavische collega-auteurs Viveca Sten, Unni Lindell en Sophie Sarenbrant geïnterviewd door Ed van Eeden (Meet & Greet ter gelegenheid van het vijfjarig bestaan van uitgeverij Q).
VISUEEL
”Ik ben overigens dol op film. Ik ben erg visueel ingesteld. Vaak maak ik met mijn camera foto’s van landschappen of straten die me boeien. Thuis zet ik de foto’s op de computer. Een verkleinde werkelijkheid als het ware. Daarna ga ik verzinnen wat ik mijn hoofdpersonen kan laten doen in die omgeving. Het is dus zo dat sommige verhaallijnen gestuurd worden door een sfeervolle omgeving die ik heb gefotografeerd. Maar dat is niet in alle gevallen mijn werkwijze hoor. Het gebeurt ook
dat ik eerst de handelingen en dialogen heb en dat ik daarna nog een passende omgeving moet vinden. Ik werk niet altijd volgens een vast patroon. Een masterplan is mooi, maar niet heilig.”
PLANNING
Thomas Enger is van plan zes boeken te schrijven rond Henning Juul. Dat vereist enige planning. Thomas Enger: “Voordat ik aan mijn eerste boek begon heb ik zes maanden besteed aan het uitzetten van verhaallijnen en plots die pasten bij het karakter van Juul. Ik kwam tot de ontdekking dat het zo’n sterk karakter is, dat ik er zoveel kanten mee opkon, dat ik meerdere boeken nodig had om hem tot zijn recht te laten komen. Toen ik eindelijk klaar was met mijn ruwe verhaallijnen, bleek ik zes boeken nodig te hebben. Voor al die boeken heb ik in ruwe lijnen het verhaalverloop uitgezet. Een absolute maar tijdrovende noodzaak. Pas op dat moment heb ik een uitgever benaderd met de vraag of hij iets in het plan zag. Ik had iets van 120 pagina’s geschreven en ik had geen zin om verder te schrijven zonder de zekerheid dat er iets mee zou gebeuren. Toen de uitgever mijn voorstel aanvaardde in de zomer van 2009, ben ik verder gegaan. Het is een ambitieus project, maar ik geloofde er in. Het succes van Schijndood heeft mijn geloof alleen maar bevestigd.”
VERVOLG
“De boeken die volgen zijn allemaal met elkaar verbonden. Er is een basisgegeven dat ik steeds verder ontwikkel. Je kunt het zien als het basisgegeven van de tv-serie The Fugitive. Daarin is een man op de vlucht die ervan verdacht wordt zijn vrouw te hebben vermoord. Terwijl iedereen op hem jaagt probeert hij de echte moordenaar te vinden. Keer op keer, elk verhaal opnieuw. Er is dus een basisgegeven, maar verder is elk nieuw verhaal een op zichzelf staand verhaal. Dat is in mijn reeks boeken ook zo. In mijn tweede boek heb ik bijvoorbeeld een man geïntroduceerd die in de gevangenis zit, verdacht van moord. Hij vraagt Henning Juul om hem te helpen omdat hij de moord niet gepleegd heeft. Als Juul er in slaagt hem vrij te krijgen zal hij Juul belangrijke informatie geven over de avond dat zijn zoontje in de brand om het leven kwam. Dat is de reden dat Juul besluit om de man te helpen. Elk van de zes boeken rond Juul heeft een eigen onderwerp, maar het doorlopende gegeven is dus dat Juul wil achterhalen wat er op de avond van de brand gebeurd is. In wezen kan je dus spreken van mijn eigen Fugitive-saga. Juul blijft op zoek naar de waarheid van zijn eigen drama. Een internationaal gegeven. Ik hoop dat mijn boeken in Amerika aanslaan, net als de muziek die ik voor een aantal Noorse speelfilms heb gecomponeerd. Hollywood, feel free to knock on my door.”