Tien vragen aan debutant Dido Michielsen
'Mijn meest recente boek is mijn debuutroman, Lichter dan ik. Als kind al wilde ik een roman schrijven, maar nu pas heb ik de stap gewaagd. Wat ik wilde bereiken was: over mijn betovergrootmoeder schrijven vanuit haar perspectief. Van mijn moeder kreeg ik haar foto, en die intrigeerde mij. Hoe was het voor haar, een Javaanse vrouw, om kinderen met gemengd bloed te baren, die meteen al een hogere status hadden dan zij? Die lichter van huidskleur waren? Het lot hielp mij doordat ik nergens iets over deze vrouw kon vinden, dus toen moest ik haar leven zelf verzinnen. Pas tijdens mijn research besefte ik hoe immens de consequenties waren voor al die duizenden inheemse voormoeders die kinderen kregen van een Hollandse man. Ik ben blij dat ik via mijn betovergrootmoeder een groter publiek kennis kon laten maken met een tamelijk onbekende bladzijde uit onze koloniale geschiedenis.'
Welk boek ligt er nu op jouw nachtkastje?
Dat zijn er drie: Soedah, laat maar van Paula Gomez; Vergeelde portretten uit een Indisch familiealbum van Rob Nieuwenhuys en De waaier van het fortuin. De Nederlanders in Azië en de Indonesische archipel 1595-1950 van Joop de Jong. Je ziet, ik ben me aan het inlezen voor mijn volgende roman, die over mijn overgrootmoeder gaat – de dochter van Isah uit Lichter dan ik.
Welk boek maakte recentelijk veel indruk op je?
Birk van Jaap Robben. Hij maakt prachtige zinnen en weet een sfeer op te roepen waar je direct helemaal in zit. Je voelt een lichte huiver die omslaat in een naderende dreiging waarvan je niet weet waar hij vandaan zal komen. Ik woon sinds kort aan het water en kan geen meeuw meer zien zonder aan dit boek te denken.
Welk boek kostte jou je nachtrust?
West van Carys Davies. Een mooi vormgegeven boekje, compact en toch adembenemend groots. Een vader trekt eropuit en laat zijn dochter achter bij haar tante. Het tempo is vrij kalm, maar gaandeweg raak je helemaal in de ban van het verhaal. En dan nog zag ik het einde niet zo snel aankomen. Daar kan geen dikke pil van 1500 pagina's tegenop. Ik dwong mezelf het niet in één ruk uit te lezen, maar lag vervolgens wakker om na te denken over de mogelijke afloop.
Wel eens moeten huilen om een boek? Zo ja, om welk boek?
We’re All Completely Besides Ourselves van Karen Joy Fowler. Ik kan er niet teveel over vertellen zonder het grote geheim van dit boek te verklappen. Grappig genoeg las ik later op internet dat er ook lezers zijn die het juist mooier vonden doordat ze wel wisten wat het geheim was, maar daar behoor ik niet toe. De eenzaamheid die uit sommige scènes spreekt, het gemis, daar kreeg ik tranen van in mijn ogen.
Welk boek had je zelf wel willen schrijven?
Het achtste leven (voor Brilka) van Nino Haratischwili. Een echt familie-epos dat je tegelijkertijd meer leert over de geschiedenis van de Sovjet-Unie. Je komt dicht bij de personages, ook al omspant het boek meerdere generaties, en krijgt als extraatje die macrogeschiedenis mee. De schrijver zakt bovendien nergens in – voor zover ik me herinner, want het is alweer een tijdje geleden dat ik het boek las. Maar dat je zoveel weet, zoveel research hebt gedaan en dan zo’n veelomvattend verhaal kan schrijven en je kennis er terloops in verwerkt, daar heb ik diep respect voor.
Wat is het mooiste compliment dat je ooit over jouw werk kreeg?
Een boekhandelaar schreef me kort na verschijning van mijn roman: 'jouw boek gaat verder waar Multatuli ophoudt.' Daar was ik wel langdurig stil van, want het gaf een heel ander soort betekenis aan het boek zelf. Het is nogal een uitspraak, hè. Ik werd van de zenuwen wat lacherig toen ik het las, maar denk er nog vaak stiekem even aan.
Vertel eens over je eerste leesherinnering?
Die dateert uit de tijd dat ik op de kleuterschool zat en nog niet kon lezen. We hadden thuis de Donald Duck en ik las mijn vriendinnetje Jetty voor door een verhaaltje te verzinnen bij de plaatjes. Ze was er heilig van overtuigd dat ik echt kon lezen.
Welk genre lees je absoluut niet?
Fantasy en sciencefiction. Al moet ik een uitzondering maken voor Tijdmeters van David Mitchell waarvan met name het slot me lang is bijgebleven. Ik kan wel geboeid raken door sciencefictionfilms of -series op televisie omdat ze soms zo onwaarschijnlijk knap gemaakt zijn. Daar ga ik wel in mee, als alles klopt. Maar dit soort boeken trekt me helemaal niet aan.
Hoeveel ongelezen boeken heb jij in huis?
Tientallen. Voor mijn vorige boek, maar ook voor mijn nieuwe, heb ik als een bezetene Indische literatuur en non-fictie ingeslagen om een beeld te krijgen van wat er allemaal al is en om me onder te kunnen dompelen in die wereld. Met als gevolg dat ik een uitpuilende kast heb vol ongelezen tweedehands boeken. En toch is het net alsof die ongelezen boekenkennis me nu al een beetje helpt.
Als je een fictief hoofdpersonage naar de echte wereld kon halen, welk zou dat dan zijn?
Holden Caulfield uit The Catcher in the Rye van J.D. Salinger. Dat was jarenlang mijn favoriete boek, ik las het bijna elk jaar opnieuw. Maar nu zou ik Holden graag als oudere man spreken en horen hoe hij terugkijkt op zijn jeugd, zijn leven. En stilletjes zou ik bidden dat de jongen van toen nog niet helemaal uit hem is verdwenen.
Lichter dan ik van Dido Michielsen
Java, 1850. Isah is de dochter van de kleermaakster van de sultan en groeit op in de gesloten gemeenschap van de Kraton, het vorstenverblijf in Djokja. Haar levensloop in de traditionele standenmaatschappij lijkt daarmee vast te staan. Maar Isah is eigenzinnig en loopt weg van huis. Ze wordt huishoudster én minnares van een Hollandse officier en schenkt hem twee dochters. Wanneer hij hen verlaat, moet ze grote offers brengen om haar kinderen in de snel veranderende kolonie te zien opgroeien. Uiteindelijk beseft Isah dat ze haar Javaanse afkomst niet kan en wil verloochenen.
Dido Michielsen liet zich voor haar romandebuut Lichter dan ik inspireren door het leven van haar betovergrootmoeder. Eerder schreef zij Dochters van ver, Lisa & Lin: Vijf weken terug in China en De redding van de familie Van Cleeff.
Auteursfoto © Harold Pereira via Hollands Diep