Nieuws /
Uit je dak in het Hoge Noorden
Zaterdag 1 november j.l., om kwart voor vijf, werden de genomineerden voor Het Beste Groninger Boek in de Centrale Bibliotheek Groningen verwacht voor de uitreiking. In de categorie non-fictie was het boek van mijn vriend Martijn Lindeboom een van de nominaties, dus we kwamen netjes opgedoft aandraven voor deze sociale , culturele en zakelijke verplichting. Later in de avond zou er nog een interview zijn met de winnaars in beide categorieën en aangezien zowel Martijn als zijn coauteur, stadsarcheoloog Gert Kortekaas, niet gevraagd zijn om ’s avonds vrij te houden, gingen we ervan uit dat hun boek Lagen in Stad niet gewonnen had. Dat maakt zo’n evenement een stuk minder spannend.
De genomineerde titels werden opgenoemd, inclusief jurycommentaar. Voor Lagen in Stad waren dat prachtige woorden die je hier na kunt lezen. Dik tevreden met het behaalde resultaat, luisterden we naar de bekendmaking van de winnaars. In de categorie fictie won Yvonne van den Berg met haar autobiografische roman De viool van mijn moeder. Dan de categorie non-fictie: “…en de winnaar is Lagen in Stad,” werd nonchalant verkondigd. Een rijtje toeschouwers halverwege de zaal hopt in één beweging van hun stoelen, inclusief verraste kreten. Twee mannen rennen opgewonden naar voren, elkaar op de rug slaand als voetballers die een goal hebben gescoord. Twee vrouwen zitten enthousiast foto’s te maken met mobiele telefoons. Binnen drie seconden staat het resultaat op Twitters en Facebookpagina’s, in tienvoud.
Tot zover onze kalme verplichting. Het is nu feest. De zesde editie van Het Grote Gebeuren zal zo gaan beginnen. Er is wijn, er zijn boeken, loslopende auteurs en … een literaire kapsalon en tattooshop. Met een kikkerbekbrede grijns die de hele verdere avond zal duren, ga ik in de rij staan voor een literaire tattoo. Er liggen vellen met voorbeelden en ik zie staan: “Hebban olla vogala nestas…”. Die moet ik hebben natuurlijk. Een man wenkt mij en voor ik het weet, zit ik in een kapstoel en wordt mijn keurige haarknip veroordeeld met een foeterend ‘kan toch niet!’. Grace Kelly beslist hij streng. Kijkend naar de literaire kapselopties, zucht ik opgelucht. Tommy Wieringa hangt ertussen. Een kapster wordt aan het werk gezet, en begint met het in elkaar knopen van een paar strengen haar. Dat krijg ik er nooit meer uit, realiseer ik me verschrikt. Dan begint ze driftig te touperen…
Een kwartier later kijken mensen een halve meter hoger dan normaal als ik ze gedag zeg. Dit is nu ‘big hair’. Even later krijg ik toch nog mijn tattoo, waarbij ik een tikje moet helpen, omdat de tatoeëerder geen enkel idee heeft wat die rare woorden betekenen. Als ik vertel wat het zinnetje betekent, wordt hij enthousiast, want hij houdt van teksten en verhalen. Geweldig, wat een avond.
Martijn en Gert worden geïnterviewd voor de radio door Glasnost, een kunst- en wetenschapsmagazine van Groningen-Stad en later nogmaals voor het aanwezige publiek. Ik drentel met mijn hoge haar door de massa heen, met mijn ene wijntje dat ik niet leeg krijg, omdat ik het zo druk heb met het geweldig hebben. Jan Rot zit na mij in de kappersstoel en lijkt zowaar ook een Grace Kelly te krijgen. Ik bots tot twee keer toe bijna tegen Ilja Leonard Pfeijffer aan. Mijn beleefde glimlach wordt beantwoord met een chagrijnig zwijgen. Geen fan van het Hoge Noorden, beslis ik. Aan mij kan het niet liggen, ik ben fabuleus op het moment. In een irrationele wens om de wereld een betere plaats te maken, ben ik uren bezig met het opsporen van een ‘man met baard’, die mijn kapster had zien lopen. Zij wilde zo graag die wilde baard onder handen nemen. Ik tuur peinzend naar elke baard om te beoordelen of dit het gezochte exemplaar kan zijn. Aan het einde van de avond vind ik hem. Ik koppel hem en mijn kapster aan elkaar, hoop dat ze gelukkig worden samen en vertrek met Martijn. De wijn is op, de koek ook, mijn hoofd tolt, mijn haar is zwaar. Ik heb acht uur lang op tien centimeter hoge zitschoenen gelopen.
Maar het was fantastisch. Is Het Grote Gebeuren nu zo’n geslaagd literair festival of zat ik zo in een overwinningsroes? Mijn gesigneerde boeken van Thomas Heerma van Voss en Roman Helinski draag ik in mijn chique ‘clutch’ naar huis. Om het exemplaar van Heerma van Voss heb ik nog ruzie moeten maken met Adriaan van Dis, wat een felle donder!