Wat waarderen auteurs aan de hedendaagse Nederlandstalige thriller?
Door Peter Kuijt
Rijkdom
Ingrid Oonincx (Wakker): 'Nederlandstalige auteurs schrijven actiethrillers, vrouwenthrillers, cosy crime, psychologische thrillers, politiethrillers, polderthrillers, whodunits, erotische thrillers, historische thrillers, misdaadromans en vakantiethrillers. Het niveau van die boeken gaat van complex naar toegankelijk. Er is voor elk wat wils. Het voordeel: als die vakantie- of actiethriller je niet ligt, kun je kiezen voor een meeslepende misdaadroman of een ingewikkelde psychologische thriller. In ons kleine taalgebied hebben we een grote verscheidenheid aan thrillergenres. Dat is rijkdom en daar mogen we trots op zijn.'
Dynamisch en hoopgevend
Peter Römer (Een meesterstuk): 'Om eerlijk te zijn ben ik behoorlijk positief over de hedendaagse Nederlandstalige thriller. Ondanks de straffe tegenwind hebben toch veel van de usual suspects nieuwe boeken uitgebracht. En daarnaast zijn er nieuwe sterren aan het firmament verschenen. Het genre heeft zich verbreed en ik vind dat er behoorlijk goed geschreven wordt. Wij mogen natuurlijk heel blij zijn met Anya Niewierra en Bernice Berkleef, maar ik heb ook veel plezier beleefd aan Musserts schaduw van John Kuipers en De Ripper connectie van Gerrit Barendrecht. Nieuwe namen die niet onderdoen voor de oude. Hoewel ik het van de 'oude' meester Charles den Tex heel stoer vind dat hij met een nieuwe serie is begonnen rond de oud-spion John Antink. Twee topthrillers tot nu toe. Ik vind de hedendaagse thrillerwereld dynamisch en hoopgevend.'
Lees verder: De Nederlandstalige thriller heeft absoluut toekomst (2019)
Geen gemeenschappelijke noemer
Hilde Vandermeeren (Het huis aan de overkant): 'Het Nederlandstalige thrillerlandschap is zo divers dat ik "de Nederlandstalige thriller" niet onder één gemeenschappelijke noemer kan vatten. Maar dat hoeft ook niet: die variatie aan subgenres is juist een grote sterkte. Voor elke thrillerlezer is er wel iets te vinden: misdaadromans, thrillers, cosy crime, historische thrillers, domestic noir, spionage, fantasy, psychologische thrillers en ga zo maar verder. Heel wat Nederlandstalige misdaadauteurs hebben zich in een van die subgenres gespecialiseerd.
In Vlaanderen zie je vooral misdaadverhalen met een rechercheur in de hoofdrol, in Nederland ligt de klemtoon meer op de psychologische thrillers. Ik ben daar zelf ook fan van. Sommige Nederlandstalige auteurs laten hun boeken afspelen op eigen bodem en andere sturen hun personages naar het buitenland. Ook dat maakt het aanbod heel gevarieerd. En tegelijk ook weer moeilijker om die gemeenschappelijke noemer te vatten. Bij de Scandinavische misdaadauteurs bijvoorbeeld, merk je dat ze wel hoofdzakelijk op eigen bodem blijven.'
Positief en zorgwekkend
René Appel (tweevoudig Gouden Strop-winnaar, Waarom niet): 'Moeilijke vraag om te beantwoorden, omdat ik maar een beperkt zicht heb op "de Nederlandse thriller". Positief is de toename van het aantal auteurs, zodat het veld "breder" wordt en er meer thema's aan bod kunnen komen in verhalen. Tegelijkertijd is het enigszins zorgwekkend: het aanbod Nederlandse thrillers is nu zo groot, dat het voor een individuele auteur moeilijker wordt om zich te profileren.'
Herkenbaarheid
Jos van Cann (recensent, De Grote Crimezone Thriller Encyclopedie): 'Wat ik waardeer aan de hedendaagse Nederlandstalige thriller is de herkenbaarheid van de wereld waarin wij hier leven, denken en werken. En in de goede gevallen ook van de maatschappelijke en psychologische omgeving. Plus – in de beste gevallen – een kritische benadering van onze waan van de dag en de gevolgen van lessen uit het verleden. Maar dat kan natuurlijk in tal van schakeringen …'
'Toen ik er in 1995 bijkwam kende ik bijna alle Nederlandse thrillerauteurs persoonlijk. Dat is nu wel anders. Het is allang niet meer de kleine groep die het toen was. En dat is goed. De onderlinge concurrentie is groot en ook dat is goed.'
Ik lees ze niet meer
Jacob Vis (Diamanten Kogel-winnaar, De molenaarsdochter): 'Over mijn waardering voor de hedendaagse Nederlandse thriller kan ik kort zijn: daar heb ik geen antwoord op, want ik lees ze niet meer. Ik ben oud en lees wat ik voor mijn genoegen wil lezen: literaire romans van schrijvers die ik bewonder en waarin ik me handenwrijvend ga begraven.'
Om de hoek
Marlen Visser (Noodlot): '"De Nederlandse thriller" bestaat niet en daar gaat het in het algemene oordeel van critici ook mis, wat mij betreft. Er is net zo veel variatie in onderwerpen, setting en schrijfstijl als er te vinden is in buitenlandse thrillers. Persoonlijk vind ik het leuk om verhalen te lezen die zich afspelen op eigen bodem. Niet per se vanwege de herkenbaarheid, maar juist om nieuwe settings (locaties, gemeenschappen) in eigen land te ontdekken: je onderdompelen in een nieuwe wereld die gewoon "om de hoek" te vinden is, maar die je niet nog kent. Hoe gaaf is dat?'
Lees verder: Knokken voor de Nederlandstalige thriller (2018)
Gestage ontwikkeling
Jac. Toes (Gouden Strop-winnaar, Moordzaak zonder lijk): 'Ik ben niet heel erg ingevoerd in wat er verschijnt. Ik waardeer in zijn algemeenheid vooral de gestage ontwikkeling die het genre vanaf de jaren zeventig heeft ondergaan van niveau driestuiversroman naar boeken waarin maatschappelijke, om niet te zeggen: literaire thema’s aan de orde komen. Natuurlijk blijft er genoeg te klagen over, maar daarover ging je vraag niet.'
Hoger of lager
Willem Asman (Gouden Strop-winnaar, Return): 'Sorry, deze sla ik over. Hoeveel herhaling van zetten kan een mens verdragen? Ik stel voor dat we de "hoe meer aandacht te krijgen"-kwestie bijzetten in een museum, nee, beter nog in een kelder, nee, beter nog in een graftombe, de ramen en deuren dichtmetselen, geen daglicht meer geven. Daar kan dan wat mij betreft ook de discussie worden opgeborgen over mannen (die de prijzen verdelen) versus vrouwen (die de bestsellers scoren) in het genre, die Jaap Jongbloed Charles den Tex en mij vorig jaar tijdens de Avond voor de voeten wierp. Dan kunnen we onze tijd en energie gaan besteden aan iets nieuws bedenken – hoger of lager, sneller of juist niet – en zorgen voor onbeperkt schrijf- en leesplezier, zoals we al doen sinds Homerus.'
Veelzijdig genre
Charles den Tex (drievoudig Gouden Strop-winnaar, Trauma): 'De Nederlandse thriller heeft zich geweldig ontwikkeld. Het is nu een echt veelzijdig genre waar zich elk jaar nieuwe auteurs aan toevoegen. Toen ik er in 1995 bijkwam kende ik bijna alle Nederlandse thrillerauteurs persoonlijk. Dat is nu wel anders. Het is allang niet meer de kleine groep die het toen was. En dat is goed. De onderlinge concurrentie is groot en ook dat is goed.'
Onloochenbaar feit én vicieuze cirkel
Tomas Ross (drievoudig Gouden Strop-winnaar, Poetins dochter): 'Ongetwijfeld is de Nederlandstalige thriller sinds enkele decennia stukken volwassener geworden. En beter. Althans in het algemeen. Minder piefpafpoef, inspecteur Snuf, Blonde Beppie en seriemoorden (ongeveer half Nederland moet inmiddels zijn uitgemoord).
Dat ik me wel eens kritisch heb uitgelaten over sommige vrouwelijke auteurs, betekent niet dat ik anderen niet met plezier lees (al worden er wel erg veel zusjes met een al dan niet duister verleden vermist). Corine Hartman, Anya Niewierra, Lieneke Dijkzeul, Anita Terpstra en Esther Verhoef kunnen zich met gemak meten met de grote buitenlandse collegae. En op de shortlist voor de Gouden Strop 2023 prijken vijf (mannelijke) schrijvers die internationaal vakwerk afleverden. Kwalitatief hebben we dus niet te klagen.
Echter (ja hoor), populair als het genre is, die vijf verkopen hier samen stukken minder dan de nieuwe Baldacci, Nicci French, Lars Kepler of Karin Slaughter. In De Bestseller 60 van de CPNB kom je hun boeken zelden of nooit tegen in tegenstelling tot de buitenlandse bestsellers. Sowieso vrijwel nooit een vaderlandse misdaadauteur, en dan hoogstens enkele weken, met uitzondering van Thomas Olde Heuvelt (meer spannende fantasy en horror), Peter 'Baantjer' Römer, Esther Verhoef en de onvermijdelijke Suzanne Vermeer en Linda van Rijn. En, toch verrassend, de genoemde Anya Niewierra.
En waarom een Top Tien Spanning? Om toch maar mee te doen? Zo isoleren we ons zelf. (ADO is de beste voetbalclub. Ja, van Den Haag …).
Oké, het is crisis in boekenland en tegenwoordig word je al bestsellerauteur genoemd wanneer je tienduizend exemplaren verkoopt (voorheen minstens het viervoudige), maar de teneur is al jaren dezelfde in ons genre: voor uitgevers en boekhandelaren ligt de prioriteit vooral bij de grote buitenlandse namen. "We moeten wel, willen we blijven bestaan. En we jullie (Nederlandse schrijvers) kunnen uitgeven, c.q. in- en verkopen." Dat is een onloochenbaar feit, maar ook een vicieuze cirkel.'
'Als je een of twee uur in een willekeurige richting loopt, kom je vanzelf in bewoond gebied terecht – en bovendien heb je overal bereik met je mobiele telefoon. Om die reden zijn Nederlandse thrillers bijna als vanzelf wat kleiner van opzet, denk ik.'
We hebben het in huis
Ilse Ruijters (Hebban Thriller Award-winnaar, Minnaar): 'We hebben verrassend veel talent in Nederland. Dat bedoel ik dubbel. Ten eerste hebben we meer talent in huis dan je zou denken. Ten tweede verrast de Nederlands thriller, omdat het genre zo divers is. Of je nu een psychologische, vrouwen-, actie- of advocatenthriller zoekt, we hebben het in huis. En nog veel meer!'
Buitenbeentjes
Peter de Zwaan (Gouden Strop-winnaar, De meidenschuur): 'Dit is nou zo’n vraag waar ik een paar dagen over heb lopen nadenken. Wat waardeer ik. Weinig, eigenlijk. Ik krijg vast de verkeerde boeken onder ogen, want ik haal zelden het einde: "jezus, wat gezocht/saai/voorspelbaar". Er zijn duizenden (tienduizenden?) inwoners die een boek uitbroeden en het overgrote deel heet Suzanne Vermeer. Als er een lijk in voorkomt, heet het boek thriller, als er eindeloos over dat lijk wordt gepiekerd heet het psychologische thriller, maar waar het gethrill vandaan moet komen, ontgaat me. Een heel enkele keer denk ik: "verrek, hier hebben we een schrijver die zijn Hammett en Chandler kent, hij/zij/het zij geprezen". Die boeken lees ik uit, maar op een shortlist zie ik ze nooit terug. Misschien moet ik zeggen dat het enige dat ik waardeer het feit is dat er nog steeds buitenbeentjes zijn, schrijvers die denken: ik ga aan de slag, ik ga een misdaadroman maken, eentje die ánders is.'
Aha-moment
Anya Niewierra (tweevoudig Hebban Thrillerprijs-winnaar, De Camino): 'De Nederlandse thrillers geven over het algemeen een levendig tijdsbeeld. De meeste thrillerauteurs hebben goede voelsprieten in de samenleving en pakken trends snel op. Dus wat mensen in hun dagelijkse leven bezighoudt en hoe ze daar vervolgens naar handelen of met elkaar over communiceren. Ook de setting en de dialogen vind ik spot on en actueel. Omdat ik zelf in Zuid-Limburg woon en werk, is mijn connectie met "Holland" wat beperkter. Wanneer ik dan een Nederlandse thriller lees, heb ik regelmatig een aha-moment.'
Alledaagse setting
Jeroen Windmeijer (Openbaring): 'Volgens Gerard Reve heeft het feit dat Nederland een klein landje is ertoe bijgedragen dat hier nooit echt grote, meeslepende literatuur is ontstaan. In de Verenigde Staten kan een meisje vol ambities en dromen vertrekken van het platteland naar de grote stad waar ze uiteindelijk op tragische wijze ten onder gaat. Mocht het met zo'n meisje ergens in Nederland mis dreigen te gaan, leent ze een tientje voor een treinkaartje en schuift ze – als het een beetje meezit – thuis bij haar ouders weer aan, mooi op tijd voor het avondeten.
Dat geldt in zekere zin ook voor Nederland als decor voor thrillers. Hier hebben we nu eenmaal geen verraderlijke bergen waar je in de winter dood kunt vriezen, geen eindeloze woestijnen, oerwouden en moerasgebieden waar je wekenlang vruchteloos in kunt ronddwalen, geen miljoenensteden waar je een bloedstollende jacht op een seriemoordenaar kunt situeren ... Overlevenden van een neergestort vliegtuigje hoeven elkaar niet op te eten om in de wildernis te overleven. Als je een of twee uur in een willekeurige richting loopt, kom je vanzelf in bewoond gebied terecht – en bovendien heb je overal bereik met je mobiele telefoon.
Om die reden zijn Nederlandse thrillers bijna als vanzelf wat kleiner van opzet, denk ik. Er wordt in het algemeen wat sterker ingezet op de psychologie van de hoofdpersonen en hun onderlinge interactie, op gewone mensen die in een ongewone situatie terechtkomen, in een alledaagse setting. Die herkenbaarheid vind ik zelf aantrekkelijk en dat is wat ik waardeer aan de hedendaagse Nederlandse thriller. Ze spelen zich af in een omgeving die je vertrouwd voorkomt en er komen mensen in voor die lijken op mensen die je kent of die je denkt te kennen.'
Diversiteit
Anita Terpstra (Het huis van berouw): 'De diversiteit! Er is voor iedere thrillerlezer wat wils. Detectives, cosy crime, de polderthriller, historische thriller, noem maar op.'
Voor de herkenning
Patrick De Bruyn (Hercule Poirotprijs-winnaar, Hoog spel): 'Als iemand een oorspronkelijk in het Nederlands geschreven thriller leest, is dat voor de herkenning, denk ik graag, voor het "onder-mijn-kerktorengevoel". Net zoals ik een Spaanse, Franse of Scandinavische thriller graag lees voor die specifieke "couleur locale". In de Nederlandse noch in de Vlaamse thriller zie ik dergelijke algemeenheden of couleur locale. Laat staan dat er algemeenheden over de Moerdijk heen zouden bestaan. Enkele Nederlandse auteurs overstijgen die lokale "kerktoren"-verankering en schrijven thrillers die zich toevallig in Nederland afspelen, maar evenzogoed in New York, Oslo of Singapore zouden kunnen spelen. Een Esther Verhoef of een Charles den Tex kan ik daarom heel erg smaken.'
Volwassen genre
Michael Berg (Gouden Strop-winnaar, De vermissing): 'De Nederlandse thriller doet het steeds beter. Qua niveau, qua verkoop. Het is een volwassen genre geworden dat niet onderdoet voor de collega's uit het buitenland. Ieder jaar verschijnen er weer nieuwe Nederlandse misdaadauteurs in De Bestseller 60. Anya Niewierra spant daarbij natuurlijk de kroon. Ook worden er steeds meer boeken van Nederlandse misdaadauteurs verfilmd of wordt er een serie van gemaakt. Daar zijn ook boeken bij die geen Bestseller 60-notering behalen en het dus puur van een kwalitatief sterk en spannend verhaal moeten hebben. Vergeet bovendien niet de Nederlandse misdaadauteurs die via Storytel en andere platforms het buitenland bereiken. De Nederlandse thriller doet het uitstekend.'
'Ik waardeer vooral de diversiteit in het aanbod. [...] Nederlandse auteurs schrijven het en worden uitgegeven. Wij hebben eigenlijk helemaal niet zoveel vertaald werk nodig, er zit talent genoeg in ons eigen land.'
Sterke personages
Elvin Post (Gouden Strop-winnaar, Breekpunt): 'Sinds ik jaren geleden stopte met het recenseren van thrillers, lees ik vooral veel romans en af en toe een biografie. Maar natuurlijk lees ik ook nog af en toe een thriller. Vorig jaar las ik – naast een aantal buitenlandse thrillers – Vogeleiland van Marion Pauw en Lenoir van Bas Haan. Niet met elkaar te vergelijken, maar allebei met sterke personages en een uitstekend verhaal. Ik heb ervan genoten en vind het meer dan terecht dat ze allebei zijn bekroond.'
Oude garde
Roel Janssen (Gouden Strop-winnaar, De witwasser): 'Mij valt op dat het genre nog steeds beheerst wordt door de "oude garde": Charles den Tex, Tomas Ross, René Appel, Esther Verhoef. Mogelijk Saskia Noort, maar ik geloof dat die al een tijd niet gepubliceerd heeft, de vinexwijk-oestrogeen-thrillers hebben hun langste tijd wel gehad. Daaronder een vrij breed veld van min of meer succesvolle auteurs: Anita Terpstra, Michael Berg, Willem Asman, enzovoort. Maar voor veel auteurs, ook als ze goed zijn, blijkt het ontzettend lastig om door te breken. Voor debutanten is dat nagenoeg onmogelijk. Er zijn wel enkele succesvolle nieuwkomers: Thomas Olde Heuvelt en Jeroen Windmeijer, maar hun genres kun je ook als sciencefiction, horror of fantasy beschouwen.
Een interessante uitzondering is Mathijs Deen die als buitenstaander succes heeft als thrillerschrijver. Niet alleen in Nederland, ook in vertaling in Duitsland. Hij boort een heel nieuw terrein aan, een spannend verhaal dat zich afspeelt in het Waddengebied. Dat roept bij mij herinnering op aan Erskine Childers’ The Riddle of the Sand uit 1903, een absolute classic. Ik moet bekennen dat ik Mathijs’ boek De Hollander niet gelezen heb, maar ik ben er wel nieuwsgierig naar. En als debutant doordringen tot de shortlist van de Gouden Strop is natuurlijk ook mooi. Een andere debutant op de shortlist is John Kuipers. Ook een prestatie.'
Talent genoeg
Loes den Hollander (Geloof mij nooit): 'Ik waardeer vooral de diversiteit in het aanbod. Of je nu van heftige spanning houdt, van gruwelijke onderwerpen, van kabbelende verhaallijnen, van moordzaken waar je hersens van kraken, van series over vrouwelijke of mannelijke rechercheurs, van stevig psychologische spanningsbogen, van verhalen in het hier en nu of juist vanuit historisch perspectief, Nederlandse auteurs schrijven het en worden uitgegeven. Wij hebben eigenlijk helemaal niet zoveel vertaald werk nodig, er zit talent genoeg in ons eigen land.'
Verkeerde martkinterpretatie
John Kuipers (Gouden Strop-winnaar, Musserts schaduw): 'Je kunt geen onderwerp bedenken of het is/wordt verwoord in een thriller. Politieromans, historische thrillers, regioboeken, spionage, de "gewone" thriller, psychologische misdaadromans, cozy thrillers, et cetera.
En doen we onder voor de buitenlandse schrijvers? Nou, er zijn natuurlijk de écht groten, en die zijn lastig te evenaren omdat ze iets heel eigens hebben. Maar over de breedte genomen doen wij kwalitatief zeker niet onder voor de gemiddelde anderstalige collega’s. Er worden in dit relatief kleine taalgebied echt verdomd goede spannende boeken geschreven.
Ik las dat er van buitenlandse schrijvers vier tot vijf keer meer boeken verschijnen dan van Nederlanders. Kijk, dát knelt, want zo wordt de buitenlander groter gemaakt dan hij is. Dat is niet meer dan verkeerde marktinterpretatie. Verkopen ze ook vijf keer zo veel dan? Alsof de naar schatting tweehonderd Nederlandse thrillerschrijvers (met een marktaandeel van 23%: 1 miljoen e-boeken en 7,5 miljoen papieren exemplaren) niet in staat zouden zijn het aanbod veel meer te bepalen.
Wat van ver komt, is lekkerder. Een afgekloven en naïeve opvatting. Waarom schroeven de uitgevers hier de dure aandacht voor buitenlandse collega’s niet een heel stuk terug en investeren het vrijgekomen bedrag in hun Nederlandse auteurs? De verhouding Nederlands-buitenlands is wel erg scheef gegroeid. Dat het een Noor of een Zweed is, zegt helemaal niets over de kwaliteit. "De gelauwerde Scandi-thriller" is een holle marktfrase. Het is misleiding.
Wat we ondertussen zelf moeten nalaten is dat aanhoudende gezeur over de verschillen tussen vrouwen en mannen, en oude en jonge auteurs. Die tegenstellingen zijn er, maar die vormen nou juist een gezonde voedingsbodem voor de broodnodige diversiteit. Pluriformiteit is uitstekend, want inherent aan de lezersmarkt. De vraag is gevarieerd en dus het aanbod eveneens.
Ik lees wel eens boeken en denk: "Hoe is het in godsnaam mogelijk, wat zwak, stilistisch beperkt en qua plot rammelend". Maar behalve mijn eigen lekkere ergernis doet dat er niets toe. Een kwestie van vraag en aanbod. Uiteindelijk is de uitgeverij als werkgever gebaat bij een commercieel verantwoorde productie.'
Lees volgende week het tweede deel van dit tweeluik: Wat moet er gebeuren om de Nederlandstalige thriller nog beter onder de aandacht van de lezer te brengen?
De Thriller Weken
In aanloop naar de zomer staan tijdens de Thriller Weken spannende boeken centraal in de boekhandel en de bibliotheek, onder anderen met de Top 10 die speciaal door boekhandelaren is samengesteld. Bij lezerscommunity Hebban zijn extra interviews met thrillerauteurs te vinden, listmania’s en thrillerleesclubs. Ook biedt Hebban het gratis Thriller Weken e-book aan. De Thriller Weken is de opvolger van de Thriller Tiendaagse en vindt plaats van 26 mei tot en met 18 juni.