Wie mag wat schrijven? Het debat rondom 'American Dirt'
Dit artikel is geschreven door Onno en Lieke.
Het verhaal
American Dirt heeft een sociale kwestie als thema. Het vertelt het verhaal van moeder Lydia en haar zoon Luca die hun huis in het Mexicaanse Acapulco ontvluchten om naar de VS te gaan. Hun familie is vermoord door een drugskartel. Onder de doden is de man van Lydia, die journalist was en een artikel over de leider van het kartel schreef. Lydia, die nooit dacht iets gemeen te hebben met de migranten die ze op het nieuws ziet, beseft dat ze nu zelf een migrant is. Zij en Luca moeten onderweg vele gevaren het hoofd zien te bieden.
De schepping
Jeanine Cummins is bij het schrijven niet over een nacht ijs gegaan. Het kostte haar bijna vijf jaar. Vier jaar daarvan besteedde ze aan onderzoek. Ze begon met het lezen van boeken van hedendaagse Mexicaanse schrijvers over het Mexico van nu en daarna boeken over migratie. Ze ging naar gebieden, zowel ten noorden als ten zuiden van de grens en ontmoette er mensen wiens families door deportaties uit elkaar waren gerukt, migranten in schuilplaatsen, mensenrechtenactivisten die schendingen aan de grens documenteren en advocaten die niet-begeleide minderjarigen juridisch bijstaan. Ze bezocht twee weeshuizen en verschillende opvangcentra voor migranten in Mexico en bood zich aan als vrijwilliger bij een eethuis in Tijuana, waar ze elke dag gratis een warme maaltijd voor ongeveer 300 migranten serveren. Zelf zegt de auteur dat veel van de scènes in het verhaal zijn geïnspireerd op waargebeurde verhalen die voortkwamen uit haar onderzoek.
Protesten
De Mexicaans-Amerikaanse auteur Myriam Gurba is een van de criticasters van het boek, door de uitgever aangeprezen als zou het de gevoelens van immigranten weergeven. Volgens Gurba zit het boek vol clichés en stereotypen over Mexico alsof dit een wetteloos, gewelddadig land is, vol drugskartels en corruptie. Cummins doet het voorkomen alsof de Verenigde Staten een veilige haven voor migranten is; iets wat niet klopt. Andere schrijvers sloten zich aan bij de mening dat de auteur stereotypen gebruikt en het lijden van Mexicaanse immigranten uitbuit, door Gurba betiteld als 'traumaporno die een vijgenblad van sociale rechtvaardigheid draagt.' Cummins zou niet in staat zijn de gevoelens van Mexicaanse immigranten te verwoorden.
Daarnaast zou Cummins het Mexicaanse leven niet goed beschrijven. Zo eten in haar verhaal Mexicanen typisch Amerikaanse gerechten, zoals zoete BBQ-saus en taco's met zware zure room. Van de leider van het kartel is een karikatuur gemaakt, waarbij hetgeen hij zegt niet het gebruikelijke Mexicaanse spraakpatroon weerspiegelt, maar typisch Amerikaans is. Ook krijgt Cummins kritiek omdat zij zou putten uit werken van andere auteurs, waaronder Sonia Nazario en Luis Alberto Urrea. Gurba neemt Cummins het volgende kwalijk:
'(1) appropriating genius works by people of color; (2) slapping a coat of mayonesa on them to make palatable to taste buds estados-unidenses and (3) repackaging them for mass racially ‘colorblind’ consumption.'
Kort gezegd komt het erop neer dat een auteur die geen Mexicaanse immigrant is, niet over migranten mag schrijven.
Daar komt bij dat het voor Latino-auteurs heel zuur is dat een verhaal over immigranten, overgoten met een Amerikaanse saus, door een blanke wordt opgediend en daardoor veel geld in het laatje brengt. Volgens Publishers Weekly ontving Cummins als voorschot bij de verkoop van haar boek aan Flatiron Books meer dan één miljoen dollar, zijn de filmrechten al voor de verschijning van het boek verkocht en is het geselecteerd voor Oprah’s boekenclub, hetgeen de verkoop zeker stimuleert. Nog nooit heeft een Latino-auteur een dergelijk bedrag gekregen. Met een bedrag van vijf cijfers mag die al in zijn handen wrijven. Overigens bestaat deze situatie niet alleen voor Latino-schrijvers, maar is deze algemeen geldend voor niet-blanke auteurs.
De onvrede over het boek is zelfs zover gegaan dat boekhandels die Cummins zouden ontvangen, afgezegd hebben, waarop de uitgever de gebruikelijke promotietour heeft afgebroken vanwege zorgen over de veiligheid van de auteur. Tegelijkertijd is de uitgever in een persverklaring diep door het stof gegaan voor de wijze waarop deze het boek gepromoot heeft. Namelijk door te beweren dat het een roman was die de ervaring van migranten weergaf en door te verkondigen dat de echtgenoot van Cummins een immigrant zonder papieren was, zonder daarbij te melden dat hij uit Ierland komt.
Inmiddels hebben 137 auteurs Oprah gevraagd om het boek terug te trekken uit haar boekenclub. Zij stellen dat in een tijd van wijdverspreide misinformatie, angstaanjagende racistische immigratiepropaganda en volwassenen en kinderen die sterven in Amerikaanse cellen, deze roman (die op een verkeerde manier onderdrukte mensen weergeeft) niet door haar boekenclub gepromoot mag worden. Ook storen zij zich aan het prikkeldraad op de kaft, een ongepast symbool van onderdrukking, dat ook als versiering bij een feestelijk diner ter gelegenheid van de verschijning van het boek gebruikt werd.
Er zijn overigens ook Latijns-Amerikaanse auteurs die hun waardering hebben uitgesproken voor American Dirt. Zo noemde de Mexicaans-Amerikaanse schrijfster Sandra Cisneros, bekend van haar eerste roman The House on Mango Street, het boek:
'Een geweldige wereldroman, het internationale verhaal van onze tijd, dat meesterlijk is.'
Cummins kreeg ook steun van prominente Mexicaanse-Amerikaanse en Latina-auteurs, waaronder Erika Sánchez, Reyna Grande en Julia Alvarez, die voorspelden dat het boek 'harten zou breken en het beleid zou veranderen.'
De tweespalt
In feite zwengelde Cummins zelf de ophef aan door een 'author’s note' aan het verhaal toe te voegen, waarin zij zegt het verhaal achter de krantenkoppen over migranten te hebben willen schrijven. In interviews vraagt ze zich (al of niet naar aanleiding van de geuite kritiek) af of zij wel de juiste persoon is om een boek over Mexicaanse immigranten te schrijven. Ze is immers een blanke, maar wel met een Puerto Ricaanse grootmoeder.
Dit is niet het eerste debat over de vraag of het wenselijk of toegestaan is dat schrijvers verhalen vertellen over gemarginaliseerde gemeenschappen waartoe ze niet behoren. Een bekend voorbeeld is The Help (Een keukenmeidenroman) van Kathryn Stockett, een bestseller, waarbij de kritiek enigszins vergelijkbaar is. Stockett werd aangeklaagd door de zwarte huishoudster van de broer van de schrijfster, die zei dat de blanke Stockett haar gelijkenis en haar verhaal zonder toestemming heeft gepikt en haar op een manier heeft neergezet die ze pijnlijk en vernederend vond. Stocket zou zich het verhaal van de zwarte hulp van haar broer hebben toegeëigend, terwijl Cummins dit in het algemeen doet met verhalen van immigranten. In beide gevallen zou geprofiteerd worden van het leed van minderheden.
Interessant is de visie van de journaliste en schrijfster Lionel Shriver die bekritiseerd werd vanwege haar weergave van Latino- en Afro-Amerikaanse personages in haar boek The Mandibles. In 2016 schreef ze in de New York Times:
'Als we toestemming hebben om alleen over onze eigen persoonlijke ervaring te schrijven, is er geen fictie, maar zijn er alleen memoires.'
Zij bepleitte dat elke auteur het recht moet hebben om te schrijven vanuit elk gewenst perspectief, ras, geslacht of achtergrond.
Het feit dat Latino- en andere niet-blanke auteurs qua verdiensten en marketinginspanningen achtergesteld worden in vergelijking met blanke auteurs, zou verklaard kunnen worden doordat publiceren een extreem 'blanke' industrie is. Volgens het vakblad Publishers Weekly maken blanken 84% uit van het personeelsbestand van uitgevers in 2019. Volgens Gurba is American Dirt aantrekkelijk voor uitgevers, omdat blanken de neiging hebben het liefst te lezen over het leed van mensen met een andere huidskleur.
De commotie heeft geleid tot veel publiciteit. Het zal er ongetwijfeld toe hebben bijgedragen dat American Dirt met een eerste druk van een half miljoen exemplaren inmiddels nummer 1 staat op de New York Times Best Seller List.