Marit Buur komt uit Den Haag en groeide op in een gezin met een Indische vader, een Nederlandse moeder en twee jongere zusjes. Na haar middelbare schooltijd ging zij Frans studeren in Leiden en later Frans en Engels aan de Nieuwe Lerarenopleiding in Delft. Na jarenlang in het toerisme gewerkt te hebben besloot zij alsnog in het onderwijs te gaan werken. Momenteel doceert zij Frans en Engels aan een MBO Opleiding. Schrijven is altijd haar passie geweest en toen haar vader na zijn overlijden zijn memoires naliet, besloot zij deze te bewerken tot een non-fictieve roman. In haar boek vertelt Eugène hoe hij op jonge leeftijd in Baros 5, het meest beruchte mannenkamp op Java terechtkwam en daar in het laatste jaar van de oorlog was overgeleverd aan de huiveringwekkende praktijken van de Japanse bezetter. Omdat er maar een relatief kleine groep jonge jongens in dit kamp belandde en er van deze jongens verder geen ooggetuigenverslagen bekend zijn, is dit boek weer een puzzelstukje van de koloniale geschiedenis van Nederland in Indonesië.