Blogpost:
Deborah van Duin
Onstuimige chaos in Jasper Polanes De Onzichtbare Maalstroom
In december 2022 was er op mijn Facebook-tijdlijn een discussie over relevantie, diepere lagen, of hoe je het ook wilt noemen wanneer een schrijver met een verhaal méér wil zeggen dan wat er op het eerste gezicht staat. Een van de deelnemers was schrijver Jasper Polane. In zijn roman Lege steden (2014) bevinden zich complete werelden in de gedachten van verhaalpersonages. Polane verbaasde zich erover dat zijn verhaalwereld door lezers alleen werd bekeken vanuit het oogpunt van wereldbouw. 'Terwijl ik meer dacht in de trant van: die persoon heeft een lege wereld met schaduwmonsters in haar hoofd, deze een wereld waar de zon nooit opkomt, die een dorre woestijn waarin alles dood is.'
Ik was op dat moment niet bekend met de vierdelige serie De onzichtbare maalstroom (2014-2018) waarvan Lege steden het eerste deel is. Polanes opmerking maakte me nieuwsgierig. Omdat onze bibliotheek de serie op de planken heeft staan, besloot ik om eens te kijken wat hij had bedoeld. Ik las Lege steden en ook het tweede deel, Vorstin van de kou. Hoewel ik de invalshoek die de schrijver in de discussie had aangestipt wel herkende, kreeg ik bij het lezen niet het gevoel dat depressiviteit een wezenlijke rol in het geheel speelde. Diepere lagen of bedoelingen zag ik ook niet echt. Omdat ik niet zo van meervoudig perspectief houd en series wel vaker niet uitlees, besloot ik het bij die twee delen te houden. Korte tijd later las ik echter Polanes Roest (2019), een roman met een aangenaam enkelvoudig perspectief én observaties over o.a. de verhouding tussen gevoel, intuïtie en instinct binnen een gemeenschap. Dit kon ik weer koppelen aan een uitspraak van de schrijver dat de meeste van zijn romans spelen met het idee dat de realiteit iets mentaals is in plaats van iets fysieks. Iets dergelijks had ik ook aangetroffen in zijn kortverhaal 'Witruimte' (2018), waarin de veranderkracht van symbolen en ideeën centraal staat. Kortom, ik vermoedde dat ik iets over het hoofd had gezien en besloot De Onzichtbare Maalstroom alsnog helemaal te gaan lezen, deze keer scherp op alles wat me meer kon vertellen over die 'diepe laag of metaforen'.
Inderdaad bleek ik tijdens mijn eerdere lezing veel te hebben gemist. Kleine details, zijweggetjes binnen de verhaalwereld - er viel me ineens van alles op. In deze bespreking laat ik zien wat de uitkomst is geweest van mijn zoektocht naar betekenis in De Onzichtbare Maalstroom. Na een samenvatting van het verhaal en de gedachten die ik tijdens het lezen kreeg, probeer ik onder woorden te brengen wat die diepere laag volgens mij zou kunnen zijn. Ik sluit af met mijn persoonlijke leesbeleving. Onderaan vind je nog informatie over de boeken en de geraadpleegde bronnen.
Stortvloed van verhaalelementen
In De Onzichtbare Maalstroom gebeurt veel. Elk boek heeft 3-6 hoofdvertellers, die zich samen of met nevenpersonages in allerlei actielijnen in allerlei werelden ophouden. Met verschillende lettertypes en ook symbolen in de witregels wordt de lezer geholpen om de werelden uit elkaar te houden. Heel in het kort komt het verhaal erop neer dat er 36 parallelwerelden zijn, elk met zijn eigen natuurwetten en sfeer. Zo is er een Victoriaans aandoende wereld waar een gedachtenlezende inquisitie de heerschappij voert, een steampunkachtige wereld waar een op magie lijkende techniek mogelijk is en een wereld waar het altijd schemerig is. De handelingen spelen zich af in de stad Ostrostaadt, uiteraard aanwezig in elke wereld. Vanuit de verschillende vertellers wordt een periode van ongeveer twee jaar beschreven. In deze periode dringen fantomen meerdere werelden binnen en krijgt een mysterieuze Vorstin van de Kou steeds meer aanhang. Een en ander blijkt samen te hangen met de verzwakking van de Onzichtbare Maalstroom, een noorderlichtachtige turbulentie in de lucht van waaruit energie de werelden binnenstroomt. De Maalstroom blijkt de gevangenis te zijn van elf uiterst gevaarlijke Heren van Twist, waarvan ook de Vorstin deel uitmaakt. Een groepje mensen, deels gedachtenlezend en deels niet, gaat op pad om te voorkomen dat de Heren zich bevrijden en alle versies van Ostrostaadt tot werelden van angst, haat en dood maken. Grootse gebeurtenissen dus, waarmee een relationeel niveau is verweven. Er ontstaan namelijk liefdesrelaties, zoals tussen de preutse Heike en haar collega Odette, tussen de 'superheldin' Edison en de vrouwenversierder Rune, en tussen de wetenschapper Werner en de automaton Ada. Er worden vetes uitgevochten en weer bijgelegd, zoals tussen Lise en de vileine Rufeine. Er komen mensen om het leven en er wordt een baby geboren. Allerlei boosaardige personages bewegen zich door het geheel heen en zorgen voor een soms fatale dynamiek.
Zoals veel fantasy-series is De Onzichtbare Maalstroom nauwelijks samen te vatten daar waar het gaat om de actielijnen en de mogelijkheden die de verhaalwereld biedt. Er is sprake van een enorme informatiedichtheid. In bovenstaande samenvatting heb ik heel veel weggelaten dat van belang is voor de ontwikkelingen. Om er maar een paar te noemen: het personage van Deira, alle mogelijkheden van gedachtenlezen (ESP), dubbelaars, natuurgeesten, tussenplaatsen, de Herauten, de Fabelen, het Sleutelzwaard, de revolver Vijanddoder en stempels. Hoe haal je als lezer in zo'n stortvloed van verhaalelementen dan de eventuele diepere lagen of metaforen naar boven? Deze serie deed me in elk geval weer eens beseffen dat de literaire analysetechnieken die we op de middelbare school hebben geleerd totaal niet nuttig zijn bij verhalen waarin de verhaalwereld een belangrijke drager van betekenis is. Verbeeldingsliteratuur werkt anders dan literair proza. Het zijn juist aspecten van de verhaalwereld die een fantasyschrijver de mogelijkheid bieden om iets te zeggen met een verhaal. De Onzichtbare Maalstroom vraagt om oplettend lezen, nadenken, laten bezinken, jezelf vragen stellen en gedeelten herlezen - en accepteren dat sommige kwartjes pas lange tijd na het lezen vallen. En dat zo'n 1.300 pagina's lang.
Zoekend naar betekenis in het verhaalverloop
Mijn zoektocht naar betekenis richtte zich bij het lezen allereerst op opvallende formuleringen en op elementen van de verhaalwereld die ergens op konden wijzen. Al gauw kreeg ik het gevoel dat Lege steden (2014) iets wilde zeggen over de moderne wereld. De term 'koude oorlog' wordt een paar keer gebruikt om de relatie te benoemen tussen het Victoriaanse Ostrostaadt-Alpha en het modernere maar toch ook wel spirituele Ostrostaadt-Alix. Maar een derde wereld die wordt bezocht, Ostrostaadt-Odette, heeft bovenop de kathedraal geen kruis maar een zespuntige ster. Dat zette me aan het denken. De fantomen zijn tot dan toe vooral nog spoken in het hoofd van een toevallige inwoonster van Alpha, maar nu manifesteren ze zich echt: moordzuchtige wezens die in schaduwen gedijen en voor complete bloedbaden kunnen zorgen. Wanneer iemand die gevoelig is voor andermans gedachten door zo'n fantoom wordt overmeesterd, verdwijnen zijn intellect en herinneringen en blijft enkel een schaduw over. Al lezend zag ik de afgelopen decennia aan me voorbij trekken: de paranoia van de Koude Oorlog die na de relatief rustige jaren 90 overging in een nieuw soort paranoia, rond ontwikkelingen in het Midden Oosten en gewelddadige aanslagen hier en elders in de wereld. De fantomen zouden een metafoor kunnen zijn voor wat er gebeurt als het menselijk denken collectief wordt beheerst door negatieve spookbeelden over andere landen, mensen en religies, zo was mijn gedachte.
In het tweede deel, Vorstin van de kou (2015), viel mij op dat de nadruk sterk op religie kwam te liggen. Is in Ostrostaadt-Alpha religie vooral een fundamentalistisch staatsgebeuren waarin de Kerk de geschreven versie van de waarheid beschermt en elke andersdenker vervolgt, in Ostrostaadt-Schemering en ook in de woestijnwereld waar de Vorstin haar eerste stappen weet te zetten is sprake van gruwelijke religieuze rituelen en misdrijven in naam van god(inn)en. In Ostrostaadt-Schemering wordt een link gelegd tussen religie en seksueel misbruik, waarbij ik moest denken aan het misbruik binnen de katholieke kerk waarvoor in de periode waarin de serie verscheen veel aandacht was. De passage waarin Rune korte metten maakt met een man die een jong meisje wil verkrachten doet heftig aan, bijna als een stijlbreuk. Verder valt voor het eerst de term 'vruchtbaarheidsgodin', in de beschrijving van een beeldje van de wrede Vorstin. De term komt nadien vaker terug, steeds in de context van overdreven vrouwelijke lichaamsvormen.
Naast deze ontwikkelingen met een wat Lovecraftachtig karakter wordt in Vorstin van de kou een nieuwe lijn in de serie geweven. Rune heeft het vermogen om nimfen te zien. Van hen hoort hij dat de Maalstroom een levende magische kracht is die door je lichaam stroomt. Het is dus meer dan de klimaatneutrale energiebron waarop de wetenschappers in Ostrostaadt-Alix hun apparaten laten draaien. Rune hoort ook dat de nimfen en andere natuurgeesten zich in alle werelden bevinden maar dat zij hun oorsprong hebben in een plek tussen de werelden in: Het Groen. Er zijn meer van dergelijke plekken, waaronder Het Donker, de geboorteplaats van de fantomen, dat verderop wordt gelijkgesteld aan het diepste donker dat in ieder mens schuilt. De verhaalwereld van De Onzichtbare Maalstroom weerspiegelt dus inderdaad de menselijke geest, concludeerde ik. Onze fysieke macro-ervaring als samenleving, met al zijn politiek, religies en hectiek, is op een ander niveau ons denken. We zitten in ons eigen hoofd, met daarin rationele en irrationele delen, met een duister waarin nachtmerries kunnen groeien en schade aanrichten.
Wolvinnen van Ostrostaadt (2016) heeft ook nog die nadruk op religie (vooral in de vorm van boosaardige entiteiten met monnikspijen of nonnenhabijten) maar valt vooral op door een sterke nadruk op tieners. Een flink deel van dit deel speelt zich af op een opleidingsinstituut van de inquisitie in Ostrostaadt-Alpha waar jonge gedachtenlezers hun talent leren ontwikkelen. De school biedt feitelijk een militaire training. De scholieren leren om met hun gedachten macht uit te oefenen over anderen en ervaren daarbij een bijna seksuele machtswellust. Ik proefde hier weer iets van de actualiteit: jonge mensen opleiden tot vechtmachines of terroristen. Maar juist ook het psychologische niveau komt sterk naar voren, en niet alleen in de benaming voor identiteitsbewijzen in de Alpha-wereld ('IdEgo'). Tieners zijn emotioneel labiel, met hun verliefdheden en gevoeligheid voor invloeden. De leegte die kan worden veroorzaakt door rouw, schuldgevoel of depressiviteit is een dankbare voedingsbodem voor boosaardigheid. De verantwoordelijkheid van het onderwijs om mensen in deze kwetsbare leeftijd goed te ondersteunen en niet (doelbewust) tot agressie te verleiden wordt in de serie een paar maal onderstreept.
De tieners en jongvolwassenen in Wolvinnen van Ostrostaadt zijn overwegend vrouwelijk. Het is in dit deel dat Heike eindelijk haar liefde voor Odette kenbaar durft te maken, dat Lise en Rufeine elkaar naar het leven staan, dat Edison zwanger is en bevalt van een dochter, dat Deira's kalverliefde voor Rune leidt tot het uitschakelen van de Vorstin. Er wordt eindeloos gekletst, gegiecheld en gebitcht. Maar ook in dit deel worden nieuwe fantastische elementen in de verhaalwereld geïntroduceerd. Zo horen we over Fabelen: volgelingen van de Heren van Twist die na hun opsluiting in de Maalstroom, duizenden jaren geleden, moesten onderduiken en zich sindsdien verbergen in de collectieve fantasie van mensen.
Wat ik al lezend voor mezelf was gaan aanmerken als 'het meidengedoe' gaat door in Heren van Twist (2018). In dit vierde en laatste deel van de serie blijven de heldinnen gilletjes slaken, ruziemaken en elkaar vergeven, tot in de zeppelin aan toe die hen naar de Onzichtbare Maalstroom brengt. Inmiddels zijn er al enkele personages vervangen door wat je opvolgers of volgende incarnaties zou kunnen noemen. In het geval van Heike is dat een nieuwe versie van haarzelf die is gemaakt op basis van een 'stempel' van een deel van haar persoonlijkheid. De piepjonge Rika die het resultaat is van dat proces speelt aan het einde een essentiële rol. De rol van de wrede Vorstin is overgenomen door de 14-jarige Deira, die zich eenmaal in haar machtspositie volledig laat leiden door donkere hartstochten. Rune, de agent uit de Alix-wereld, is vervangen door een 'dubbelaar' uit Ostrostaadt-Schemering, een inbreker die in veel opzichten op hem lijkt maar toch andere kenmerken heeft. Cassi, een scholiere die tijdens een date door fantomen is gedood, wordt ook vervangen door een dubbelaar en ontpopt zich in die hoedanigheid tot een kennisbaak voor de personages én voor de lezer. Dit deel kent sowieso steeds meer uitleg en tegen het einde, als ze in de Maalstroom de confrontatie aangaan met enkele Heren van Twist, ook steeds meer symboliek. Zo ontmoet Lise, die zich verantwoordelijk voelt voor de dood van Heike en zich sindsdien in haar polsen snijdt, de Heer Ligner in een baarmoederachtige grot vol glasscherven, en wordt in die setting opnieuw tot zelfbeschadiging gedreven.
Het boek sluit af met een cursief stuk waarin Rika de Maalstroom in stukken breekt en 35 van de 36 Ostrostaadten uit de werkelijkheid verwijdert. Daarmee maakt ze hen tot dromen, ideeën en visioenen. De wereld die overblijft bevindt zich in het hoofd van degene die ze liefheeft. Of dit een blijvende situatie is kon ik niet goed opmaken. In een epiloog horen we nog hoe het de belangrijkste personages vergaat.
Beginnen met ideeën
Aan het einde van de de serie had ik weliswaar het gevoel dat er 'wat zat' maar was het me bepaald nog niet duidelijk. De serietitel kon ik inmiddels wel plaatsen. Volgens de Van Dale kan 'maalstroom' namelijk drie betekenissen hebben: een letterlijke ronddraaiende stroming in het water; een loop van omstandigheden waarop geen grip is; en een onrustige woeling van gedachten. Dat sluit aan bij de fysieke wereld als een mentaal construct, al lukte het me nog niet om er één concept van te maken dat klopte met alles wat erover gezegd wordt. Dat er verder allerlei terugkerende elementen in zitten die op de menselijke psyche slaan (onderbewuste, collectieve verbeelding van de mensheid, sociale interactie, zelfbeeld, zelfbewustzijn) was ook wel te zien. Maar hoe het allemaal in elkaar sloot was me nog niet helder. Ik had ook nog veel vragen. Waarom heet de geest van Ostrostaadt 'Ander'? Waar staat het Sleutelzwaard voor en hoe kan het met een klik een kolkende massa van energiestromen opendraaien? Waarom die nadruk op rolpatronen, vrouwen en meisjes? Waarom heten de schurken de 'Heren van Twist' terwijl één van hen (de Vorstin) een vrouw is? Waarom is er trouwens maar één vrouw onder hen en waarom is uitgerekend zij degene die zich als eerste aan het Teken van Ander in de Maalstroom ontworstelt?
Dit riep de vraag bij me op wat voor Polane eigenlijk een 'diepe laag of metafoor' is. Schrijvers binnen het speculatieve genre worden zelden uitgenodigd om over dit soort zaken hun visie te geven. Op Polanes Facebook-account trof ik deze opmerking uit 2018 aan: 'Mijn [fantasy]favorieten zijn Lord of the Rings, Earthsea, Elric, Dune, Gormenghast, allemaal klassiekers die zo goed zijn omdat er een diepere laag in zit, maar ook steengoede verhalen blijven voor lezers die die diepte niet hoeven. Andersom denk ik niet dat verhalen zónder gelaagdheid erg bevredigend zijn voor lezers die daarvan houden. (...) De diepte komt er ook vaak in zonder dat de schrijver het bedoelt. Lord of the Rings is een allegorie voor de oorlog en is doordrenkt met Tolkiens verlangen naar het eenvoudigere vooroorlogse Engeland uit zijn jeugd. Hij ontkende altijd dat het een allegorie is, maar het zit er duidelijk in. Als de auteur schrijft over wat hij belangrijk vindt zal het resulterende verhaal al snel iets zeggen over de 'echte' wereld, denk ik.' Of deze opmerking ook Polanes tegenwoordige visie verwoordt weet ik niet, maar dat de mentale in plaats van de fysieke realiteit, evenals de metamorfose van personages, een terugkerend thema is in zijn verhalen, geeft hij aan in het Fantasize-interview. 'Ik probeer er niet zo over na te denken, maar die thema's sluipen er automatisch in.'
In interviews over Lege steden zegt de schrijver niets over depressie of over mentale parallellen. Afgaande op zijn uitspraken zeggen de monsters en de magie vooral iets over de wereld om ons heen. In een interview in 2016 met de Leidsche Courant zegt hij: 'In mijn eerste boek, Lege steden, komt een 'inquisitie van gedachtenlezers' voor. Die houdt de mensen in de Victoriaanse wereld in de gaten. Hier kun je iets in herkennen wat typerend is voor onze tijd. We staan steeds meer privacy af. Als je op internet bezig bent, kan iedereen veel over je te weten komen. Dingen die mij bezighouden zijn mijn drijfveer om te schrijven. Dat kan op maatschappelijk vlak liggen, maar ook op het gebied van liefde en relaties. Ik put veel uit eigen ervaringen, al beschrijf ik verschillende soorten relaties.' Elders zegt hij over de keuze voor een Victoriaans Ostrostaadt-Alpha: 'Vooral het sociale aspect daarvan vind ik interessant. Hoe strakke regels het sociale leven bepaalden, de nadruk op omgangsvormen.' Bij de gedachtenlezende inquisitie had hij volgens dit interview uit 2014 de communistenvervolgingen in de jaren vijftig in Amerika in gedachten. Paralellen met de actualiteit en met de samenleving als een sociaal gegeven zijn dus in elk geval aanwezig, maar de mentale dimensie blijft onbenoemd.
De interviews die ik hierboven citeer hebben betrekking op Lege steden. Tussen het schrijven van dat boek en dat van de rest van de serie zat een knip. Uit verschillende interviews en andere opmerkingen ontstaat het volgende plaatje. Polane schreef de eerste versie van Lege steden in 2008, binnen de context van NaNoWriMo. Het ging hem toen allereerst om een idee van parallelle werelden, gekoppeld aan een spionagethriller rond een koude oorlog. 'Ik begin altijd met ideeën, een boek vormt zich als ik meer ideeën combineer,' zegt hij in december 2021 in About books. Aanvankelijk was Lege steden bedoeld als standalone. Pas later overwoog hij er een serie van te maken en schreef hij een outline voor het geheel. Hij had het idee over de Vorstin al langer liggen en Lege steden was daar een goede proloog voor. In 2012 probeerde hij voor Lege steden een uitgeverij te vinden. Toen dat niet lukte ging hij over tot uitgave in eigen beheer, een stap die zou leiden tot de oprichting van uitgeverij Quasis. De cover van Lege steden die in april 2014 bij het begin van de crowdfundingsactie werd gepresenteerd, droeg de ondertitel De Onzichtbare Maalstroom 1. Toen stond dus in elk geval vast dat het een serie ging worden en moet de samenhang tussen het eerste deel en de rest van het verhaal duidelijk zijn geweest. Hoe duidelijk is niet te zeggen. In een interview uit 2016: 'Ik moet het vooral heel snel doen. Niet redigeren, niet dingen veranderen, maar gewoon doorschrijven.' Als personages in de serie een andere kant op gingen dan hij aanvankelijk dacht en dat gevolgen had voor eerdere hoofdstukken, dan ging hij eerst gewoon verder. Pas toen het verhaal helemaal af was, zorgde hij dat alles kloppend werd.
Welke thema's, ideeën en verhaalelementen al aanwezig waren bij het begin van het idee, of bij de outline, en welke pas tijdens het schrijfproces zijn bedacht of uitgekristalliseerd, is me niet duidelijk geworden. Verschillende verhaalelementen die kunnen verwijzen naar de menselijke psyche, zoals de Fabelen en de tussenplaatsen, maar ook de verbeelding van de Onzichtbare Maalstroom als iets anders dan enkel een energiebron, komen in elk geval nog niet voor in Lege steden. Als lezer kun je je dan de vraag stellen of er in de serie als geheel wel sprake is van een samenhangende bedoeling, of dat het eerder een losse aaneenschakeling van kleinere ideeën, beelden en thema's is, zoals 'depressie' en 'Big Brother'.
Zelf heb ik de indruk dat in De Onzichtbare Maalstroom wel degelijk sprake is van een min of meer consequent uitgewerkte diepere laag die iets zegt over de psyche van de mens - of liever gezegd: van de mensheid. Die laag is aanwezig in de vorm van drie instrumenten: een samenhang van metaforen en elementen uit de verhaalwereld; een filosofisch kader; en de inzet van personages en actie. Andere instrumenten die je wel eens aantreft in speculatieve fictie heb ik niet herkend. De namen van personages en kunstenaars, bijvoorbeeld, heb ik nergens toe kunnen herleiden (ik vermoed dat er regelmatig sprake is van privégrapjes) en het gegeven dat veel namen een Duitse klank hebben ook niet. Zelfs in de namen van de nimfen kon ik nauwelijks samenhang ontdekken. Of 'Alix' connotaties heeft met het een of ander weet ik ook niet. Straatnamen lijken geen verwijzingen te zijn, hoewel ik bij het gegeven dat het Nullpunt in Ostrostaadt-Alix uitgerekend het Adelkwartier en de Kerkwijk wegvaagde wel mijn wenkbrauwen optrok. Misschien zijn er ook wel knipoogjes te vinden naar Polanes geboortestad Leiden of naar Utrecht, waar hij Beeld- en Mediatechnologie aan de kunstacademie studeerde. Alleen de naam 'Ander' (de stadsgeest van alle Ostrostaadten) kon ik in een groter betekenisgeheel plaatsen. Verwijzingen naar de directe actualiteit heb ik ook niet opgemerkt, behalve mijn beleving dat de fantomen in Lege steden wel heel erg thuishoren in de eerste twee decennia van deze eeuw.
Metaforen en elementen uit de verhaalwereld
Een terugkerende metafoor in de serie is die van de matrijs. Dit woord wordt geïntroduceerd in Lege steden als de basis van de techniek van Ostrostaadt-Alix. De 'magi-abstracte' matrijs is een apparaatje ter grootte van een bolhoed, bestaande uit vijf kristallen driehoeken waartussen energiestromen uit de Onzichtbare Maalstroom worden opgewekt. Op basis van een formule die is ingebracht in de matrijs, kan deze bijvoorbeeld een automaton laten bewegen. 'Matrijs' is een term afkomstig uit verschillende kunstvormen (waaronder de boekdrukkunst) en uit de kunststofproductie. Een matrijs is de moedervorm (het woord komt van het Latijnse matrix, 'baarmoeder') die gebruikt wordt om afgietsels te vervaardigen. Een matrijs wordt gemaakt door allereerst een 'patrijs' (ook wel een 'stempel' genoemd) te vervaardigen waarmee die holle matrijs wordt geslagen. Daarin kan vervolgens een vloeibaar product worden gegoten dat kan drogen en verharden, bijvoorbeeld lood om een drukletter te maken. Het principe van de matrijs komt op verschillende plekken terug in De Onzichtbare Maalstroom. Als Werner, net beland in Ostrostaadt-Alix, uitleg krijgt over een automaton en zich afvraagt of hij de vreemde techniek als magie moet zien, trekt zijn instructrice de vergelijking met de golem. 'De golem had in zijn hoofd een briefje waarop de toverspreuk geschreven was. Het waren deze woorden die de golem het leven schonken (...) Deze automaton verschilt niet zoveel van de golem. Het leven wordt hem geschonken door de matrijs op zijn rug. Deze matrijs is het briefje, de formule die in de matrijs besloten zit is de magische spreuk.' (De golem komt helemaal aan het einde van Heren van Twist nog even terug, in de wijze waarop Odette een van de Heren uitschakelt.)
De 'stempel' kan hiermee in verband worden gebracht. In de verhaalwereld is dit een mentaal construct. Het is een vleeskleurig geheel van lijnen, zichtbaar voor gedachtenlezers, dat de afdruk van een persoonlijkheid is en waarin diens belangrijkste karaktereigenschappen bewaard kunnen worden. Heike heeft er eentje in een ring verwerkt, waarin bleke roze balken als schroefdraad in elkaar draaien. Later maakt Odette met behulp van een stempel een replica van Heike: Rika, eerst een meisje van zes dat veel overeenkomsten vertoont met Heike, daarna al opgroeiend tot tiener en vervolgens tot jongvolwassene steeds meer een unieke persoonlijkheid. Aan het einde van Heren van Twist wordt expliciet een verband gelegd tussen de stempel en DNA. De 'code' waarmee nieuw leven kan worden gemaakt is hetzelfde als het briefje van de golem dat met een toverspreuk een mens met individuele eigenschappen oplevert.
Het concept regeneratie past bij deze metafoor en komt veelvuldig terug in de serie. Ik noemde al de personages die opvolgers of nieuwe versies van elkaar zijn. Maar er wordt bijvoorbeeld ook een ritueel in de woestijnwereld beschreven waarin een oude vrouw weer jong wordt. Zelfs de speech waarmee elke nieuwe Heraut van de Vorstin zichzelf en zijn godin aandient is een steeds maar weer opnieuw tot leven geroepen boodschap. De woorden over macht, beloning en bestraffing zijn met al hun dreiging zo oud als de wereld en tegelijkertijd bijna lachwekkend in hun uniformiteit. Je zou kunnen zeggen dat het het lood is dat in de mal wordt gegoten en ondanks variaties in essentie toch dezelfde letters oplevert.
Ook Ostrostaadt als geheel kan worden gezien als een lichaam of als de ombouw van een automaton. De stad is een organisme dat zich voortplant en aanpast aan de omgeving. De straten zijn de aderen en de inwoners zijn bloedlichaampjes, bacteriën of parasieten. De Nullpunten zijn elementen in Ostrostaadt die een duidelijke parallel hebben met de innerlijke mens. Ze komen in twee van de werelden voor. Ooit was daar een explosie die een complete stadswijk wegvaagde. Nu is er een absoluut niets, een gat in tijd en ruimte. Nullpunten ontstaan als een extreem boosaardig wezen de wereld binnenkomt. Eigenlijk is er dan sprake van een soort geheugenverlies van degene in wiens hoofd de wereld zich bevindt, constateren personages. Op het mentale niveau zou je het kunnen zien als een trauma dat niet alleen leidt tot geheugenverlies maar ook tot verwarring, paranoia en het steeds weer herbeleven van de gebeurtenis. Die laatste aspecten zijn mooi vertaald naar de IJzeren Toren in Alpha, middenin het Nullpunt daar. Het is een toren waarin gebouwen uit de verdwenen stadswijk kriskras zijn samengevoegd en in elkaar geperst, of eindeloos gekopieerd. De 'leegte' (waarbij ik toch weer moet denken aan die matrijs waar iets in gegoten kan worden) komt trouwens vaker terug, op macro- en microniveau. Zo maken Fabelen gebruik van de gaten in iemands gevoel om daar te manifesteren als de collectieve fantasie van de mensheid. Lise, kwetsbaar en depressief, krijgt zo'n Fabel in haar hoofd.
De verhaalwereld weerspiegelt dus de menselijke geest, waarmee het cirkeltje weer rond is. We zitten in ons eigen hoofd. De 36 versies van Ostrostaadt hebben een wisselwerking met de Maalstroom. 'Vergelijk het met de hersenen van een mens,' zegt Cassi op een zeker moment, 'die vertellen het lichaam wat te doen, maar handelen op informatie die ze van het lichaam krijgen.' Maar Ostrostaadt is niet alleen de geest van elk individueel mens. De 36 versies samen zijn het Ostrostaadt van verleden, heden en toekomst. Tijd is er enkel een dimensie. We hebben het hier dus niet over mensen maar over de mensheid. De Onzichtbare Maalstroom kunnen we zien als het leven op aarde, als de evolutie, de maalstroom die ons hele menselijke zijn al miljoenen jaren beheerst. Als de heldinnen de draaikolk van dichtbij kunnen bekijken, blijkt het geen draaikolk te zijn. 'Van zo dichtbij bleef alleen het onstuimige over: wilde kleuren die met elkaar vochten en elkaar opvraten, zonder oponthoud stierven en herboren werden, zonder begin- of eindpunt. Geen draaikolk, maar pure chaos.'
De verschillende wetten van de verhaalwereld vertegenwoordigen in zekere zin dan ook verschillende aspecten van de menselijke geest en ervaring. Zo is er de ratio in de vorm van Werner en techniek van de Alix-wereld. Werner kan de Onzichtbare Maalstroom manipuleren met zijn handen en wilskracht en hij denkt ook (onterecht dus) dat hij orde in de chaos kan bespeuren. Het gedachtenlezen is weer iets anders. Het is verbonden met de sociale interactie tussen vooral vrouwen, met een sterke nadruk op de emotie. ESP breekt door rond je 13e, staat ergens, wat ertoe leidt dat meiden machteloos heen en weer schieten tussen schaterlach, heftig verdriet, verliefdheid en woede. Tegelijkertijd bevat het telepathische talent ook een flink machtselement. De ESP-ers kunnen bijvoorbeeld psychische kooien construeren waarin ze de geest van een ander kunnen opsluiten. Ook kunnen ze een ander metaal zware verwondingen toebrengen die, al zijn ze niet fysiek, het slachtoffer bijvoorbeeld voor het leven verlammen of chronische pijn veroorzaken. Elkaar aanvoelen betekent dat je elkaar ook pijn kunt doen. Op het gevoelsniveau zijn er verder de natuurgeesten met wie Rune in contact kan treden. Ze doen hun entree in Vorstin van de kou, komen uit het onderbewuste, zijn vrouwelijk en worden een aantal keren aangeduid met de term 'roofdier'. De fantomen zijn onzijdig ('het'). In Lege steden hangen zij vooral samen met haat, lijden en doodsangst, in de volgende delen lijken ze meer te staan voor hartstochten zoals haat, angst, liefde en lust. Als Lise en enkele klasgenoten het klaarspelen om fantomen in hun geest op te nemen, worden hun gedachten volledig beheerst door instincten zoals haat, angst, liefde en lust. De term 'instinct' valt meermalen in de context van de fantomen. De Fabelen, ten slotte, staan voor de collectieve verbeelding. Ooit, toen ze nog fysiek waren, waren het volgelingen van de Heren van Twist. Nu zijn ze verworden tot de collectieve gruwelen waarover in alle culturen verhalen worden verteld en die maar beter niet opnieuw tot leven kunnen worden gewekt. De menselijke geest wordt dus op meerdere manieren aangestipt. Één ding valt op: macht en de altijd aanwezige risico's daarvan liggen besloten in elk van deze verhaalwereldwetten. Zowel de individuele mens als de mensheid als de wereldsamenleving zijn ervan doordrongen.
Filosofisch kader
Bij het lezen viel ik een aantal keren over de naam 'Ander', die mij te vreemd in de oren klonk om toevallig te zijn. Het is de naam van de mooie maar gevaarlijke natuurgeest van Ostrostaadt. Haar huid is 'melkwit, getekend met aderen en nerven als in marmer, een patroon dat de straten van Ostrostaadt weerspiegelde.' Het is die plattegrond, het Teken van Ander, dat zowel de gevangenis van de Heren van Twist is als hun sleutel tot vrijlating. Het Teken zelf bevindt zich in het hart van de Onzichtbare Maalstroom maar is in alle Ostrostaadten terug te vinden, in het stratenplan en in spinnenwebachtige mozaïeken.
Het leek me een belangrijk concept in de serie maar het duurde enige tijd voordat ik een haakje vond. 'Ander' (in het Engels 'Other' en verbonden met het begrip 'Otherness') is een begrip binnen de fenomenologie. Ik ben niet thuis in het filosofische maar kwam met behulp van Wikipedia uit op het volgende. De fenomenologie is een filosofische stroming die zich richt op de ervaring van de realiteit. Daarbij gaat het niet om het zoeken naar bewijzen voor wat 'waar' is of wat rationeel of empirisch onderbouwd is. Elk mens laat zich immers in de omgang met de wereld om zich heen leiden door oordelen, herinneringen en intuïtie. Jij en elke 'Ander' interpreteren de realiteit verschillend. Tussen de twee niveaus van wat daadwerkelijk gebeurt (het fenomeen) en hoe elk individueel mens dat beleeft (het Zelf) bevinden zich 'gedachtengemeenschappen' zoals religie, wetenschappelijke opvattingen, politieke bewegingen en culturen. Het zijn die gedachtengemeenschappen die ervoor zorgen dat groepen mensen vaak hetzelfde ervaren. Soms levert dat onjuiste beeldvorming op, zoals bij het oriëntalisme of discriminatie. Empathie wil niets meer zeggen dan dat jij het besef van jouw eigen subjectiviteit vertaalt naar die van een Ander, en die vervolgens herkent als 'even (on)waar'.
Natuurlijk wordt zowel de wereld als ons denken sterk bepaald door de soms buitengewoon boosaardige wisselwerking tussen mensen. De medemens is een bron van zowel ellende als steun. Geen wonder dat het Teken van Ander gruwelen kan vrijlaten maar ze ook opgesloten kan houden.
Ik heb de indruk dat meer concepten uit de fenomenologie een plekje hebben in De Onzichtbare Maalstroom maar laat het herkennen en interpreteren daarvan graag over aan mensen met verstand van filosofie. Toen ik bovenstaande zaken las vroeg ik me in elk geval af of Polanes visie op 'diepe lagen en metaforen' hier ook verband mee heeft. In dat geval zou het vooral aan de subjectieve lezer zijn om betekenis aan een verhaal toe te dichten. Misschien is dat in De Onzichtbare Maalstroom ook wel aan de orde en is de zoektocht naar een samenhangende bedoeling niet zinvol. Toch denk ik dat dat wel zo is. Daar waar het gaat om metaforen, elementen uit de verhaalwereld en een stukje filosofisch kader valt in elk geval te spreken van een samenhangend geheel.
Inzet van personages en actie
Met de evidente thema's van 'rolpatronen' en 'positie van de vrouw' had ik aanzienlijk meer moeite. Ze zijn dwars door de hele serie te vinden. In vooral Ostrostraadt-Alpha zitten vrouwen in het verdomhoekje. Heike moet zich met veel tactiek en doorzettingsvermogen een plekje verwerven binnen de inquisitie. De verwachtingen die men van haar en ook van Rufeine heeft zijn inderdaad Victoriaans te noemen. Op haar en haar wereldgenoten maar ook op Deira uit Ostrostraadt-Schemering ligt ook nog eens een druk om qua vrouwenlichaam perfect te zijn. Tegelijkertijd is het moeilijk Rufeine te respecteren als ze tegen een mannelijke leeftijdsgenoot zegt: 'Jij bent een jongen. Jouw ouders gaven je uit eigen beweging respect.' Ze heeft de betreffende jongen immers kort daarvoor feitelijk mentaal vermoord, puur uit machtswellust. Ook speelt ze, via haar incestueuze vader, haar ouders tegen elkaar uit om haar zin te krijgen. Toegegeven, in beide situaties lieten volwassenen die beter hadden moeten weten haar haar gang gaan, maar toch. De serie lijkt dus aan de ene kant een emancipatoire invalshoek te hebben maar aan de andere kant de vrouw neer te zetten als wezen met minder prettige kanten. Hoewel mannen in onze samenleving de meeste geweldscriminaliteit voor hun rekening nemen en ook de primaire uitvoerders van oorlogvoering zijn, kunnen vrouwen natuurlijk minstens zo agressief zijn. Het sociale gebeuren, met geroddel, loyaliteiten en vijandigheden, is daarin vaak het slagveld. De Vorstin is in het grootste deel van de serie het ultieme kwaad. Zij is de doodsgodin, ze staat voor pure vernietiging en ze vult haar onderdanen met verlangens naar gewld, dood, seks en onderwerping. Ze wordt tegelijkertijd vergeleken met een vruchtbaarheidsgodin. Deze twee kanten van de 'positie van de vrouw', als slachtoffer en dader, lopen door de hele serie heen.
Wat opvalt is dat het uiteindelijk vooral de vrouwen zijn die in het hart van de Maalstroom de klus klaren, ondanks al hun zwakheden. Rune mag nog even een rol spelen door de geest van Ostrostaadt op te roepen, en wetenschapper Ernest om de cijfers op de beeldschermen te interpreteren, maar daar blijft het bij. Even later hebben de overwegend telepathische tienermeiden het opgelost. De girl power trekt aan het langste eind.
Dat daarmee alles is opgelost en de wereld (en daarmee onze individuele en collectieve geest) een paradijselijke plek wordt, is daarmee niet gezegd. 'De Heren van Twist bestaan niet meer, dus de zesendertig zegels zijn niet meer nodig. Er is slechts één oppermachtig wezen dat in toom gehouden moet worden.' Hoewel Rika, die de oude natuurgeest van Ostrostaadt opvolgt, een lieve meid lijkt, klinkt het onheilspellend. Kan macht ooit iets veiligs zijn? En als vrouwen zich mogen bewijzen als wie ze zijn en wat ze kunnen, betekent dat dan dat het nu de mannen zijn die in het verdomhoekje komen? Want vrouwen aan de macht is bepaald geen garantie voor geluk en vrede, getuige personages als de Vorstin, Deira en Rufeine.
Conclusie?
De Onzichtbare Maalstroom zegt iets over onszelf en de wereld, over rolpatronen, neigingen en uitwassen. Dit brengt me bij de vraag of de serie een conclusie of eindoordeel bevat. Kunnen we die oeroude Maalstroom, die ons tot in elke vezel van ons lijf vult en die ons maar machteloos blijft rondtollen, inderdaad stopzetten? Zijn er kansen om met elkaar tot oplossingen te komen? Kunnen we oorlogen en wreedheden een halt toe gaan roepen zoals Lise en Rufeine hun strijd weten bij te leggen? De afloop van de serie heeft mij hier geen eenduidig antwoord op gegeven. Ja, de Maalstroom is verdwenen maar er is nog altijd een natuurgeest. We leven nu eenmaal.
Polane heeft elk van de vier delen opgedragen aan zijn zoon, die ten tijde van het verschijnen van de serie nog te jong was om de boeken te kunnen lezen. Bij zo'n keuze vermoed je een schrijvende ouder die zijn kind een stukje levenswijsheid wil meegeven. Of de boodschap optimistisch of pessimistisch is kan ik niet bepalen. Misschien is de boodschap wel gewoon dat de jeugd de toekomst heeft, en dat elk jong mens in dat speelveld van machten zijn keuzes te maken heeft.
Persoonlijke leesbeleving
Zelf vind ik grote delen van met name Wolvinnen van Ostrostaadt en Heren van Twist minder geslaagd. Het vele triviale geklets van de tieners haalt de vaart eruit. Verhaalelementen die voor mijn gevoel een rol spelen in de diepere laag worden soms wat kunstmatig ingevlochten. Zo worden de Fabelen geïntroduceerd in de vorm van een huiswerkopdracht van een van de meiden. De natuurlijkheid waarmee Werner in Lege steden uitleg krijgt over automatons en golems is hier niet meer te vinden. De climax, in Ostrostaadt-Maalstroom, gaat scheef aan symboliek en mist tegelijkertijd lijntjes met eerdere metaforen. Tenminste, de analogie met een computer en ook het mandala-achtige labyrint heb ik niet begrepen. De personages blijven voor mij schril. Het 'meidengedoe' werkt niet voor me. Halverwege Heren van Twist noteerde ik zelfs: 'Karikaturaal aan het worden.' (Toen ik de recensies van de serie op Hebban naliep, bleek dat veel lezers de nadruk op die onderlinge relaties juist erg waardeerden. Waar de een van geniet daar kan de ander totaal niet mee uit de voeten.) Los hiervan roept de nadruk op ieders gevoelens verwachtingen bij me op van persoonlijke ontwikkeling en die blijft in de meeste gevallen uit. Heike's stap richting Odette is lang van tevoren te voorzien, Edisons ontwikkeling van een nuchtere karateka naar een moeder heb ik niet kunnen aanvoelen.
Tegenover deze mindere kanten staat echter ook veel goeds. Lege steden is overwegend strak en bevredigend, Vorstin van de kou is erg sterk op het gebied van sfeer, of het nu gaat om het ondergrondse Ostrostaadt-Schemering of om de ijzige woestijnwereld waar een bibberende Deira zich vastklampt aan een mummie die maar in de derde persoon enkelvoud tegen haar blijft praten. En van de grootsheid van het denken ben ik beslist onder de indruk. Hier wordt fantasy benut om iets wezenlijks te zeggen over onszelf. Op het niveau van de geschiedenis van onze tijd kan ik toch ook niet nalaten om de afronding te interpreteren als de volgende fase: de opkomst van (jonge) vrouwen als bepalende figuren op het wereldpodium, met alle onzekerheden van dien. Maar dat is beslist mijn eigen lezersinvulling.
Van de verschillende speculatieve subgenres is fantasy natuurlijk bij uitstek geschikt om ideeën over te brengen. Werkelijk alles is er mogelijk. Er zijn in beginsel geen regels zolang de 'sense of wonder' maar overkomt. Dat is tegelijkertijd ook een valkuil. Als je als schrijver wilt dat lezers en recensenten kijken naar de diepere lagen of metaforen, of toch op zijn minst datgene herkennen wat er voor jouw gevoel duimendik bovenop ligt, dan is het raadzaam om de stortvloed van verhaalelementen enigszins beperkt te houden. De Onzichtbare Maalstroom was wat mij betreft als geheel sterker geworden als dat was gebeurd, als de lezer meer geholpen was om door de bomen het bos te zien. Niettemin heb ik liever ambitie die hier en daar grandioos scheefzakt onder zijn eigen gewicht dan nietszeggendheid die keurig binnen de lijntjes kleurt.
----------
Primair
De Onzichtbare Maalstroom (4 delen, Quasis, 2014-2018)
'Het oog van de krokodil' (2016), een kortverhaal over het personage Edison dat tussen delen 2 en 3 van De Onzichtbare Maalstroom thuishoort
'Cyberstaadt' (2018), een kort verhaal gesitueerd in dezelfde verhaalwereld. De delen 1, 2 en 3 zijn online te lezen
'Witruimte' in Ganymedes 18 (Stichting Fantastische vertellingen, 2018), online te lezen via EdgeZero
Secundair
Interview met Jasper Polane door Isabelle Plomteux (Fantasize, 29 november 2022)
About Books, seizoen 2, aflevering 31 (1 december 2021)
About Books, seizoen 3, aflevering 26 (26 oktober 2022)
'Fantasy verwijst vaak naar de actuele wereld' (interview in Leidsch Dagblad, 29 juni 2016)
Fandata
Lege steden uitgeven was een marathon (interview met Christine Boomsma, 8 november 2014)
Spannende fantasy bevat Lovecraftiaanse gruwelelementen (recensie door Johan Klein Haneveld, 19 november 2017