Boran kijkt gedachtenloos om zich heen. Het landschap op weg naar de graasplaats bestaat uit rijstvelden zo ver haar oog reikt. De halmen van de rijstplantjes zijn met hun wortels verankerd in plassen ondiep, modderig water. Klaar om geoogst te worden. Haar ogen fixeren zich telkens op een nieuw groepje bomen dat het weinig gevarieerde maar prachtige, vlakke, lichtgroene tapijt hier en daar onderbreekt. Ze ziet hoe hun donkergroen bebladerde takken hoog naar de staalblauwe hemel wijzen. Een enkele palmboom torent als een eenzame wachter boven zijn omgeving uit. Boran benijdt hun om de fierheid waarmee ze hun vrijheid uitdragen. Donkere wolken pakken zich langzaam samen, de belofte op een fikse, verfrissende plensbui met zich meedragend. Opnieuw richt Boran haar blik op het smalle, glibberige pad waarop ze zich voortbeweegt. Ze wil het groen van de planten en bomen niet zien. Wil niet afgeleid worden door het donkerblauw van de lucht. Plots wordt haar aandacht getrokken door iets op een plantje aan de rand van het pad. Iets dat zich heel langzaam voortbeweegt. Iets dat ze moeiteloos kan vangen. Iets waar ze vroeger geen aandacht voor gehad zou hebben maar dat haar nu even, heel even, de adem beneemt. Snel kijkt ze achterom. Niemand lijkt op haar te letten. Haar hand schiet naar voor en grist in een snelle beweging de slak van de plant. Alles wat haar maag heel even het zwijgen kan opleggen is goed.
Maar dan wordt haar fixatie ruw doorbroken door een stem vlakbij die snauwt: ‘Jij daar, doorlopen!’ De barse woorden worden gevolgd door een klap tegen haar schouder. Een kreet ontsnapt aan haar lippen als een striemende pijn door haar bovenlichaam trekt. Ternauwernood kan ze zich staande houden. ‘Doorlopen, of je kunt er nog een krijgen.’ Dreigend zwaait haar aanvaller de kolf van zijn machinegeweer voor haar ogen. Boran strompelt verder, haar lippen stijf op elkaar geknepen om geen geluid te laten ontsnappen. Haar schouder voelt aan alsof hij in brand staat. Desondanks maakt een lichte euforie zich van haar meester. Want die slak, die heeft ze nog gauw kunnen verstoppen in haar broekzak.
Lees verder op mijn site