Napoleons Grande Armée, het grootste leger in de wereldgeschiedenis, had Spaanse en Portugese, Italiaanse en Poolse, Duitse en Kroatische, Nederlandse, Zwitserse en Franse soldaten in zijn gelederen. Napoleon joeg ze het uitgestrekte Rusland in, waar ze niet aan eten of water konden komen. Toen ze de Russen bij Rusland eindelijk tegenover zich vonden, volgde een veldslag die tot aan de Eerste Wereldoorlog zijn weerga niet kende. De ontberingen die de overlevenden daarna moesten doorstaan op hun winterse terugtocht vanuit Moskou, waren welhaast ondraaglijk.
Adam Zamoyski heeft zich voor 1812 gebaseerd op de meest recente Russische research, maar ook op een groot aantal ooggetuigenverslagen uit heel Europa, om een overtuigend beeld te kunnen schetsen van de ervaringen van soldaten en burgers aan beide zijden van het conflict. Het resultaat is een even meesterlijk als aangrijpend boek. Het is verhalende geschiedenis van de hoogste orde - elegant geschreven en schitterend verteld.