In Boelgakovs Aantekeningen van een jonge arts wordt een plattelandsdokter zich door het verschil tussen wat in de medische handboeken staat beschreven en wat de achterlijke bevolking van hem verwacht allengs bewuster van zijn rol. Wanneer hij bij het trekken van een kies het complete kaakbot verwoest (‘ik zag met ontzetting dat er met gemak een flinke reine-claude in het gat paste’), is hij bang dat hij zijn artsendiploma zal kwijtraken.