Een heer slaat zijn roerselen nu eenmaal niet op de grote trom, zodat hij maar al te vaak over het hoofd wordt gezien en over zich heen laat lopen.
Maar als hij dan door een tere vrouwenhand in het veld getrokken wordt waar hij uit geslagen is bloeit de zon weer open en komt hij tot een ontplooiing waar men van opkijkt.
Dit fel kloppende werk brengt op overtuigende wijze aan het licht, dat de dolle Mina's niet voor niets gestreden hebben. Het zal dan ook een grote steun zijn voor alle heren, die onbegrepen in hun schulp door het leven gaan, aldus de heer O.B.B. te R.