ADHD wordt vaak gezien als een probleem van jongens. Bij meisjes wordt ADHD veel minder vaak herkend en erkend. Meisjes worden ook vaak op latere leeftijd gediagnosticeerd dan jongens. Ze vallen minder op omdat ze over het algemeen minder verstorend gedrag laten zien, zowel thuis als op school. Meisjes zijn over het algemeen minder ‘stuiteraars` dan jongens.
Op het moment dat meisjes naar het voortgezet onderwijs gaan, worden problemen dikwijls groter en meer zichtbaar. Dat komt omdat er dan veel meer een beroep gedaan wordt op de executieve functies, zoals plannen, organiseren en overzicht houden.
Omdat meisjes vaak met angst en depressieve klachten in de hulpverlening komen wordt hun aandachtprobleem nog al eens gemist. Gender zou hierop van invloed zijn. Bij meisjes worden de sociale vaardigheden meer gestimuleerd, waardoor ze meer voor verbinding zorgen. Meisjes zijn over het algemeen meer op de groep en op het sociale gericht en doen hun best om bij de groep te horen. Jongens moeten juist vaker uitblinken met goede individuele prestaties. Daarnaast zijn meisjes en vrouwen gevoeliger voor reacties uit hun omgeving en reageren op stress sneller met angst en depressie.
Jacqueline weet uit eigen ervaring welke invloed ADHD kan hebben op het leven van meisjes. Maar ook als hulpverlener binnen jeugdzorg en basisonderwijs en als moeder heeft zij dagelijks te maken met ADHD.
Veel meisjes en vrouwen zullen de beschreven ervaringen herkennen, leerkrachten en ouders kunnen met de aanbevelingen een betere communicatie en begrip tot stand brengen.