De zakken van de jonge Alexander von Humboldt puilen altijd uit door de stenen, insecten, planten en fossielen die hij op zijn zwerftochten in de bossen vindt. Hij groeit in de tweede helft van de negentiende eeuw op tot een echte avonturier binnen de wetenschap, maar je mag hem gerust ook een klimaatgenie noemen! Zijn expedities leiden hem over de hele wereld en het avontuur en de wetenschappelijke ontdekkingen zijn nooit veraf.