bezoekt zijn laatste oorlog in het
Midden-Oosten. Zijn ontmoetingen
met militairen en lokalen schetsen
op cynische en humoristisch
wijze het werken in gevaarlijke gebieden.
De ontmoetingen met oorlogsslachtoffers,
de relatie met zijn
vrouw Marie, de botsingen met collega’s
en een onverwerkt jeugdtrauma
leggen schil voor schil de doodsdrift
bloot van een Goddelijke gekte.
In deze eerste Nederlandstalige autobiografische
sleutelroman over
oorlogsjournalistiek leest de afloop
als het scenario van iemand die alle
pijn van de wereld voelt.