Fred van Slogteren
De liefdesgeschiedenis van twee oude mensen die door de oorlog bij elkaar zijn gebracht. Een waargebeurd verhaal, geschreven in de beste traditie van de literaire non-fictie. Zij was voorbestemd met zijn broer te trouwen en hij was voorbestemd te worden vergast in een moordfabriek van de nazi’s. Als hij na drie afschuwelijke jaren alleen terugkeert in Amsterdam blijkt zijn hele familie te zijn vermoord. Zij is de enige die hij terugvindt, de bruid van zijn in Auschwitz vermoorde broer. Ze overleefde de oorlog met haar familie in de onderduik, alleen haar vader kwam om in de Holocaust.
Met veel doorzettingsvermogen, optimisme en een diep weggestopt verdriet bouwen ze een nieuw bestaan op. Over hun oorlogservaringen wordt gezwegen. De verschrikkingen lijken daarom ver weg, maar zijn bij beiden geen dag uit hun gedachten. Ze klampen zich aan elkaar vast tot een hechte twee-eenheid die ogenschijnlijk alle verdriet doorstaat.
Hun leven gaat voort tot zij ziek wordt. Het is dementie en al na korte tijd kan ze niet meer op de woorden komen die ze wil zeggen. Zij kan hem niet meer bereiken en hij weet niet of hij haar nog bereikt. Als ze uiteindelijk in een verpleeghuis terechtkomt, breken voor hem heel moeilijke jaren aan. Abraham ‘Appie’ Soesan en zijn vrouw Beppie komen in dit ontroerende boek tot leven in een gedetailleerde beschrijving van hun laatste jaren.
Fred van Slogteren (1938) is bekend als succesvol auteur van boeken over de wielersport. Met zijn onroerende boek over het leven van Appie en Beppie bewijst hij dat hij ook over beladen onderwerpen als leven, dood en de liefde boeiend en indringend kan schrijven.