Januari 1945. Het is een meedogenloos strenge winter als de Russen de Duitse provincie Oost-Pruisen binnenvallen. Honderdduizenden mensen slaan op de vlucht. Maar op het landgoed Georgenhof dompelt de beeldschone Katharina von Globig zich onder in een droomwereld vol muziek en literatuur. Wanneer de dorpspastoor haar vraagt een onderduiker op te vangen, stemt ze in. De man wordt echter opgepakt, evenals de argeloze Katharina. En terwijl zij wegkwijnt in haar koude cel, slaan haar familieleden op de vlucht. Een aftocht die eindigt in een nachtmerrie.