Als de vogel door het glas vliegt vertelt het fictieve verhaal van een gezin dat voor drie maanden een man in huis neemt. In de novelle is de veertienjarige Hanne aan het woord, die zich in het grensgebied bevindt tussen meisje-zijn en vrouw-zijn. Het is een verhaal over zien en gezien worden, over grenzen en over wat er verandert op het moment dat er permanent een toeschouwer aanwezig is.