Een ambulancebroeder wordt neergestoken. Een week eerder was hij samen met een collega ook al het slachtoffer van geweld. Door de moord ontstaat commotie. Geweld tegen hulpverleners kan niet worden gepikt. Een plaatselijke politicus stort zich erop en gebruikt het voor zijn eigen campagne. Wat is zijn connectie met de relschoppers die de hulpverleners aanvielen?