In Anna in kaart gebracht krijgen we een prachtig beeld van de jonge vrouw: Anna. Ze is het middelpunt van allerlei andere levens, zonder zelf aan het woord te komen. Met elk hoofdstuk komt Anna scherper in beeld, worden haar geheimen zichtbaarder en haar gedrag begrijpelijker.
De kaart van Anna wordt gelegd door haar zwijgende grootvader, haar te oude minnaar, haar onvolwassen vriendje, een toevallige passant en een naamloze 'anatoom-historicus'. Personages verdwijnen en duiken dan weer op, bezien door de ogen van weer andere personages. Een naam die ergens terloops wordt genoemd blijkt in een later hoofdstuk een hoofdpersoon.
Anna in kaart gebracht is een hypermoderne mozaïekvertelling die niet alleen met prachtige taal en beelden verteld is, maar die ook een tijdskritiek geeft: zijn we echt geïnteresseerd in andere mensen of nemen we genoegen met onze eigen vooroordelen?