Op de Dag des Oordeels zal, volgens de islam, elke beeldend kunstenaar door Allah worden uitgedaagd zijn beelden tot leven te wekken. Geen enkele kunstenaar kan dat, want die gave is alleen voor Allah weggelegd. Als kunst daarom een uitingsvorm is van innerlijke demonen en engelen, dan zal het verbod op die uitingen de gelovige moslim altijd gevangen en innerlijk onderdrukt houden. Het maakt de islam verstikkend en beperkt een creatieve en symbolische omgang met de leer. In dit strijdbare pamflet betoogt Hafid Bouazza dat het ontbreken van gevoel voor kunst de islam parten speelt - en geen ademruimte laat.