De roem van Bertus Aafjes (1914-1993) als dichter was ongekend groot in het Nederlands taalgebied. Na de komst van de experimentele poëzie brokkelde zijn faam geleidelijk af, al bleef hij een veelgelezen dichter, verhalenverteller, reisjournalist, kinderboekenschrijver en vertaler. Na zijn dood raakte hij in het vergeetboek en leefde zijn naam in stilte voort bij generaties lezers die met Een voetreis naar Rome (1946) of de Rechter Ooka-literatuur (jaren zeventig) waren opgegroeid. In de schaduw van de hemel laat de neergang zien van een ooit vermaard dichter en schrijver en ook van de daarachter schuilende mens Aafjes die zich nooit heeft kunnen bevrijden van zijn dictatoriale katholieke opvoeding en priesteropleiding. Tegelijk ontmaskert Molin in zijn boek de mythes die rond de figuur ontstaan zijn en al decennia lang een hardnekkig leven leiden. Daarmee werpt hij een nieuw licht op de figuur en ontsluit hij de weg naar herwaardering.