Josephine gaat alleen met haar baby terug naar Nederland. Als haar zoon 29 jaar is, moet hij worden opgenomen in een kliniek voor verslaving en psychische problematiek. Haar zorgvuldig opgebouwde wereld stort opnieuw in elkaar. In hoeverre is haar rouwproces vernietigend voor hem geweest? Zij probeert uit alle macht controle te houden, maar ziet hem steeds verder afglijden. Gaat zij opnieuw een zoon verliezen?
In haar radeloze zoektocht naar zin en betekenis houdt zij zichzelf als moeder verantwoordelijk.
Zal zij in dit verwarrende proces de verbinding met haarzelf en met haar zoon weten te herstellen?