Lucy werkt als hoge gemeenteambtenaar in de hoofdstad. Overdag woont ze de overleggen bij tussen de burgemeester, de hoofdofficier van justitie en de politiechef. ’s Avonds keert ze terug naar haar ouderlijk huis: sinds haar recente scheiding is ze weer bij haar moeder ingetrokken.
Het is een tijd van toenemend terrorisme en radicaliserende jongeren, en de stad schuwt geen enkel middel om die ontwikkelingen tegen te gaan. Maar de hoogoplopende spanningen over de veiligheid en de ambtelijke machtspolitiek hebben het onderlinge vertrouwen binnen het gemeentebestuur aangetast. Terwijl Lucy thuis met haar eigengereide moeder het nodige te stellen heeft, dreigt op het stadhuis collega en vriendin Samira de dupe te worden van een al even eigenzinnige burgervader.