Als Waris Dirie haar moeder voor een levensreddende operatie naar Europa halt, slaat de aanvankelijke vreugde over het weerzien al snel om in een sfeer van verwijten over en weer en in diep verdriet.
Waris realiseert zich hoe groot de kloof is tussen haar en haar moeder, en hoe onlosmakelijk pijn en liefde met elkaar verbonden zijn.
In een lange, emotionele brief aan haar moeder schrijft Waris Dirie over de psychische wonden na haar besnijdenis die maar niet genezen, over de schaduwzijden van haar carrière als model waarin seksueel misbruik, drugs- en alcoholproblemen een rol speelden, en over haar verlangen haar moeder eindelijk te kunnen vergeven.
Waris Dirie (1965) ontvluchtte op veertienjarige leeftijd haar geboorteland Somalië. In Londen werkte ze als schoonmaakster tot ze als model; beroemd werd over de hele wereld. Zij publiceerde eerder Mijn woestijn, Dochter van de nomaden en Onze verborgen tranen, over haar strijd tegen female genital mutilation. Ze is speciaal ambassadeur van de Verenigde Naties en richtte in 2002 de Waris Dirie Foundation op, die in de hele wereld strijdt tegen vrouwenbesnijdenis.
De Nederlandse pers over Onze verborgen tranen:
‘Een aangrijpend boek over een belangrijk onderwerp’ Ayaan Hirsi Ali
‘Om de inhoud kan niemand heen’ Opzij
‘Een indrukwekkend boek, dat je niet in de koude kleren gaat zitten’ BOEK