Otto Vallei lijdt aan zaalvrees, telefoonfobie en schrijfkramp. Vooral die kramp is hem een kwelling, want Otto heeft literaire ambities. Hij gaat gebukt onder de ergst aller schrijverskwalen: het writer's block. Ten einde raad overweegt hij om te beginnen aan een roman over een schrijver die maar niet tot schrijven komt. Als ook dat plan sneuvelt, zegt hij met bloedend hart de literatuur vaarwel. Hij wordt presentator van het nauwelijks beluisterde radioprogramma Chaos en Rumoer. Otto ziet zijn overstap als een beschamende degradatie: van de letteren naar de media, van de gooi naar de eeuwigheid naar een knieval voor het allervluchtigste. Bovendien voelt hij zich in zijn eer aangetast wanneer de even charismatische als schimmige succesauteur Eddy Waterland furore maakt met een roman over een schrijver die maar niet tot schrijven komt... Een roman over Otto Vallei, denkt Otto Vallei.
Chaos en Rumoer gaat over de grote angsten van een kleine man. Joost Zwagerman schetst een hilarisch beeld van de wereld van de media, in het bijzonder van het zorgenkind dat Radio heet. Maar ook het literaire bedrijf krijgt een beurt. De satire in Chaos en Rumoer verandert radicaal van aard wanneer Otto en zijn collega's van de radio verstrikt raken in een kluwen van feit en fictie.