Daantje is aardig, slim, oplettend en hij zit vol grappen. Hij woont in een oude woonwagen, samen met zijn vader, een geweldig verteller en een genie op het gebied van vliegers. Net als de dorpsagent en de domineesvrouw stroopt Daantjes vader af en toe een fazantje omdat het zo vreselijk spannend is… en lekker!
Hun grootste vijand is een rijke pief die jaarlijks een jachtpartij op fazanten organiseert. Samen met zijn vader bindt Daantje de strijd aan met deze gluiperd.