Het eerste deel van het Dagboek eindigde met Vogels' huwelijk met een Italiaanse man, Enzo. Het tweede deel begint met zijn kennismaking met Nederland, de familie en vrienden van zijn vrouw. De rollen zijn omgedraaid: hij is nu de buitenstaander. Terug in Italië vestigen ze zich in Milaan, waar Enzo werk heeft gevonden. Hij is trots op hun 'Hollandse', sober en doelmatig ingerichte huis. Ze ontvangen veel vrienden en Enzo verdedigt met vuur hun onorthodoxe levensstijl. Het dagboek komt vol te staan met anekdotes, gesprekken, verhalen van anderen, terwijl de schrijfster zelf uit zicht raakt. Ze komt weer in beeld op haar reizen naar Straatsburg en Luxemburg en haar bezoeken aan Nederland. In die weken tussen bekende mensen en dingen, waarin ze haar vroegere leven schijnbaar weer opvat, beseft ze dat ze, met al haar angst voor menselijke contacten, werkelijk is getrouwd.