De novelle `Dagboek van een gek' uit 1835 is het relaas van een kleine ambtenaar die tot hoogmoedswaanzin vervalt. Het is een satire op de wijdverbreide ambtelijke bekrompenheid van de bureaucratie in de jaren dertig van de negentiende eeuw in Sint Petersburg, het is ook een weergave van de zoektocht naar individualiteit van de gewone man in een klaarblijkelijk onverschillige stedelijke samenleving. Nikolaj Vasiljevitsj Gogol (1809-1852) was een van de eerste Russische prozaïsten en werd door zijn tijdgenoten gezien als een van de belangrijkste vertegenwoordiger van het Russische realisme. Toch zijn er in zijn werk ook sporen te vinden van Romantiek, surrealisme en (politieke) satire.