In een verlaten grenslandschap aan een rivier woont timmerman Egbert met zijn gehandicapte zoon Adam, voor wie hij alleen de zorg draagt nadat zijn vrouw Emma is overleden. Wanneer Egbert hoort dat hij nog maar kort te leven heeft, moet hij noodgedwongen nadenken over de toekomst van zijn zoon. Adam is volledig van hem afhankelijk, en Egbert heeft zijn vrouw beloofd hem nooit alleen te laten. Als hij tegen beter weten in de opdracht aanneemt om een houten trap te maken, geeft hij zichzelf zeven dagen de tijd om een beslissing te nemen over hun lot.