De Advocaat wordt geconfronteerd met een plots afbrokkelend geheugen. Zijn vriend, de Zeiler, hoopt dat een wandeltocht over het strand van Bray-Dunes naar Cadzand iets kan betekenen voor zijn gemoed en hun tanende vriendschap. Het verleden en het heden spoelen aan. De Zeiler beslist een pijnlijke waarheid te onthullen. Deze bekentenis doet de Advocaat ontwaken uit zijn wegzinken en geeft hem – voor even – weer de scherpte van de oude strafpleiter. De Advocaat vraagt het opperste bewijs van vriendschap aan de Zeiler. Maar waarom volgt een hond deze twee heren op het strand?