Hij is een pessimistische lyricus met een optimistische kijk op poëzie. Maar hij is ook een boze dichter, woest op de absurditeit die we leven noemen. Zijn boosheid maakt de schoonheid echter niet overbodig. Schoonheid blijft de maat, en kan vooral De Ander zijn.
Hij is een expressionistische, soms religieuze schilder die met vreemde perspectieven werkt, sombere vormen laat samengaan met opwekkende kleuren, de tegenstelling aanbidt maar ook haat. Pijn en troost houden elkaar in stand in zijn beeldende werk, dat vooral vorm wil geven aan De Ander.