De muitende bemanning wordt van het schip waarop ze varen verwijderd en op het eiland Madagaskar achtergelaten. Een van de jongste leden, maar wel met de meeste branie wordt al snel 'Kapitein Bob' genoemd en krijgt een leidinggevende functie. Dankzij doorzettingsvermogen, vasthoudendheid en inventiviteit slagen ze er na een zeer lange tocht met veel ontberingen door het woeste Afrikaanse land te trekken en geestelijk en materieel verrijkt in de 'beschaafde' wereld terug te keren.