De situatie wordt nog dreigender als de Spaanse koning de hertog van Alva naar de Nederlanden stuurt om schoon schip te maken met alle ketterij. Vanaf dat moment is niemand zijn leven meer zeker. Ook Crispijn komt in moeilijkheden en moet Brussel ontvluchten. Hij sluit zich aan bij de bosgeuzen, die zich verzetten tegen de katholieke machthebbers. Maar Crispijn voelt zich niet erg thuis in het ruwe gezelschap. Hij mist niet alleen het leven in Brussel, ook Eva, op wie hij steeds meer gesteld is geraakt, krijgt hij niet uit zijn gedachten...
In De bastaard van Brussel beschrijft Simone van der Vlugt op meeslepende wijze de jaren die voorafgaan aan de Tachtigjarige Oorlog. Tegen een decor waarin fanatieke geestelijken de dienst uitmaken en het volk steeds harder begint te morren, voert zij een jongen ten tonele die heen en weer geslingerd wordt tussen twee geloven; tussen een overleden moeder en een onwettige vader; en tussen een rondborstige dienstmeid en haar lieftallige dochter.