De Bataafsche Republiek, oorspronkelijk verschenen in 1798, is een van de weinige utopieën uit de Nederlandse literatuur. In het boek maken een wijsgeer en zijn domme knecht een tijdreis. Die reis begint in 1798 en eindigt twee eeuwen later, in 1998. De politici zijn anno 1998 goede en wijze lieden, het onderwijs benut ieders talenten volledig, de maatschappelijke rechten van de vrouw worden gerespecteerd, in religieus opzicht heerst er tolerantie en de economische bedrijvigheid wekt de afgunst van buurlanden. De ideale vaderlandse wereld heeft in ideologisch opzicht een compromis bereikt tussen socialisme en liberalisme. Kortom, de verschillen tussen het 1998 van Paape en onze tijd zijn op sommige punten groot, maar soms angstwekkend klein.