Op zijn beurt wordt vrouwenversierder en zuiplap Skinner op de hielen gezeten door zijn noodlot, en wel in de gedaante van collega Brian Kibby, treintjesverzamelaar. Skinner voelt om onverklaarbare redenen een alles verterende haat voor Kibby. Hijzelf en alles wat hem dierbaar is, dreigen aan deze obsessie ten onder te gaan. Als Kibby een gruwelijk en mysterieus virus oploopt, ziet Skinner plotseling dat hun lot verbonden is, en dan komt hij voor een vreselijk dilemma te staan.
Een even briljante als hilarische verkenning van de rivaliteit tussen mannen.