‘Poëzie verandert de wereld,’ volgens Sjeng Scheijen, ‘maar waarin ze verandert, vertellen alleen de verzen zelf. Om ze te verstaan hoef je alleen maar wakker te zijn en nauwgezet en wereldwijs te dromen.’
Vanaf zijn vroegste herinneringen schrijft Ruslandkenner en cultuurhistoricus Sjeng Scheijen poëzie. Maar toen zijn wereld veranderde door de oorlog in Oekraïne, kwamen de verzen vaker en ontstond deze bundel. De beginselen is zijn poëziedebuut.
De gedichten van Sjeng Scheijen zijn zowel monumentaal als ongedwongen, zowel puntig als lang van stof, ze zijn grappig en ernstig, maar ze nemen nooit genoegen met een marginaal bestaan. Ze gaan over de liefde, de twijfel, de dood en de vreugde – de onderwerpen waar poëtische taal bij uitstek raad mee weet – en hebben altijd als doel om, als een bijna-vreemdeling die een lok haar achter je oorschelp strijkt, de wereld te veranderen.