Guus is gek op Tine.
Stapelgek.
Zijn hartstocht is zo groot als Tine klein is.
Heel, heel groot.
Zo klein is Tine.
Tine vindt Guus lief.
Het is het mooiste wat er is: verliefd zijn op Guus.
Ze is er nog wel even zoet mee.
Er is heel veel Guus.
Grote Guus en kleine Tine. Ze hebben het druk met houden van elkaar. Toch waaien hun dromen en verlangens wel eens een andere kant op. Guus heeft een hekel aan winterse kou. Hij wil de hoela dansen op een exotisch palmenstrand.
En Tine zou het wel fijn vinden om net zo groot te zijn als Guus. Op een ochtend wordt haar wens werkelijkheid. Maar niet helemaal op de manier zoals ze het had bedoeld.
De dagdroom wordt een nachtmerrie als Guus spoorloos verdwijnt. Krijgt dit verhaal over passie, twijfels en verlangen een 'happy end'?