'De dag dat ik naar school ging, werd ik verliefd.
Isabel en ik zitten in dezelfde klas.
Ze zit precies voor me.
Ik zie haar wel. Zij ziet mij niet.'
Wie verliefd is, moet soms inventief zijn.
En zijn vleugels durven uitslaan!
Isabel en ik zitten in dezelfde klas.
Ze zit precies voor me.
Ik zie haar wel. Zij ziet mij niet.'
Wie verliefd is, moet soms inventief zijn.
En zijn vleugels durven uitslaan!