In korte, ontroerende prozastukjes schetst Frans Budé een liefdevol portret van een kind in dit vervlogen, bijna vergeten decennium van de twintigste eeuw, en biedt tegelijkertijd een inkijkje in de jaren waarin de auteur zelf opgroeide, laverend tussen het conservatieve en de bourgondische karakter van het zuiden.
'De dagen' is niet alleen een prachtige roman over de onschuld van een kind - zo sfeervol als 'La gloire de mon père' -, maar ook een vermomde autobiografie van een van de grootste dichters van Nederland.