Rachaela Day, een knappe jonge vrouw, leidt een weinig enerverend leven. Overdag werkt zij in ruil voor een karig loon in een stoffige Londense boekwinkel, ‘s avonds komt ze bijna om van benauwenis tussen de sombere muren van haar flat. Daar komt echter abrupt verandering in als Rachaele een brief ontvangt van de geheimzinnige familie Scarabae. Aanvankelijk reageert ze niet. Immers, haar vader, Adamus Scarabae, liet haar moeder in de steek nog voor zijn, Rachaela werd geboren. Maar de Scarabae – zijn het wel mensen, of zijn het demonen in mensengedaante ? – beschikken over vreemde machten en bizarre middelen, en als Rachaela binnen een verrassend kort tijdsbestek zowel haar baan als haar flat verliest, ziet zij geen andere mogelijkheid dan op hun uitnodiging in te gaan. Het ware echter te wensen dat zij een ander besluit had genomen. Want vervolgens, door de Scarabae vastgehouden in hun vesting, een landhuis aan de Engelse zeekust, begint voor Rachaela een ware nachtmerrie, vol angst, vol vervloekingen en vol emotionele uitbarstingen, met als uitzichtloos dieptepunt de ontmoeting met de machtigste Scarabae van allemaal, de man van haar dromen én van haar nachtmerries, haar vader: Adamus Scarabae.