zijn therapeut belandt. Maar zijn klachten blijken algauw een stuk complexer. In zijn behandelplan komt ‘uitgestelde
rouw’ te staan. In De dingen die je vergeet onderzoekt hij wat het betekent om te rouwen nadat hij als jonge twintiger allebei zijn ouders onverwachts verloor. Aan de hand van herinneringen, beschouwingen en zelfonderzoek probeert hij antwoorden te vinden op de grote en kleine vragen rondom rouw en verlies.
Wie ben je nog als je beide ouders er niet meer zijn? Waarom roept het woord ‘wees’ zoveel aversie in hem op?
Waarom is het zo moeilijk om de ander deelgenoot te maken van een verlies? Is rouw ooit klaar? Al schrijvende
komt hij steeds dichter bij de kern van zijn gemis.
In glasheldere bewoordingen legt Gijs van der Sanden uit wat er verkeerd is aan de manier waarop we rouw in een
door geluk geobsedeerde wereld zijn gaan benaderen: als een verhaal met een begin en een eind. De dingen die je
vergeet is zijn persoonlijke zoektocht naar een nieuw narratief.