In De duivel kwam naar Eden van Abbott Kahler stuiten een Amerikaanse oliemagnaat en een groep wetenschappers op een afgelegen Galapagos-eiland op een gruwelijk tafereel: twee door de hitte gemummificeerde lijken.
Op een nabijgelegen eiland blijkt zich een groep Europese ballingen te verschansen die de politieke en economische onrust waren ontvlucht in de hoop ver van de bewoonde wereld een paradijs te creëren. Zich baserend op brieven, dagboeken en nieuwsverslagen schetst Kahler deze utopische kolonie met kleurrijke personages: een excentrieke Duitse psychiater en zijn geliefde, een getraumatiseerde veteraan en zijn jonge gezin en een Oostenrijkse barones en haar entourage van jonge minnaars.
Maar van het paradijs is niets meer over. In een fascinerend drama leiden de oplopende spanningen, liefde en jaloezie tot verdwijningen en moord.
