Het laatste meesterwerk van een van de grootste na-oorlogse auteurs
Een stad in Noord-Italië, tijdens de kerstvakantie rond de millenniumwisseling. Rachele Luzzatto is het enige kind in een joods gezin. Ze is nieuwsgierig en niet bang voor haar mening uit te komen. Rachele bereidt zich voor op haar bar mitswa en dompelt zich onder in de gebeden en voorschriften van het joodse geloof. Tegelijk wil ze dolgraag met haar klasgenoten meedoen aan het kerstspel op school, met haar in de rol van Maria. Daar is haar vader faliekant op tegen. Dat zijn dochter 'de moeder van God' zal spelen gaat volkomen in tegen zijn geloof.
Maar niet alleen de overtuiging van haar vader verwart Rachele. Er zijn de avontuurlijke en gruwelijke verhalen van haar grootvader van vaderskant, die zich in de Tweede Wereldoorlog voordeed als priester om aan deportatie te ontkomen. En de overtuigingen van haar atheïstische grootmoeder van moederskant en het vurige katholicisme van grootmoeders echtgenoot. Wie ben ik, vraagt Rachele zich af. Wat is mijn identiteit? Dan wordt haar vader gediagnosticeerd met een ernstige ziekte.