<
<
Robert Graves
De Enorme Zaal is een literaire prestatie van groot formaat. Het is een boek over onderdrukking, onrechtvaardigheid en opsluiting, verteld in een hallucinerende, experimentele stijl. Veel critici achten het hoger dan erkende klasssiekers als Three soldiers van John Dos Passos, A farewell to arms van Ernest Hemingway en The middle parts of fortune van Frederick Manning. E.E.Cummings gunt ons diepe doorkijkjes in de krochten van de menselijke ziel met een humor die onweerstaanbaar is.
We gingen nu omhoog. Iedere spier deed me pijn, mijn hoofd was een mallemolen, mijn lichaam deed niet langer mee. Ik rekte me wat uit en schrok terug. Ik stond oog in oog met een kleine houten man die eenzaam en verlaten in laag geboomte hing.
Uit dat houten lijf, verwrongen van pijn, schoten breekbare benen met absurd grote voeten en grotesk gekromde tenen. Zijn kleine stijve armen stonden in korte, harde, gelijkmatige hoeken tot de straat. Om de verschrompelde lendenen was een gewichtig en tegelijkertijd koddig doekje gedrapeerd. Op een schrikbarend breekbare schouder hing zijn nekloze hoofd als een curieuze en bijna ridicule uitwas. In deze doodstille pop lag een gruwelijke instinctieve waarheid besloten, een verontrustende tragiek, een onaardse woestheid van rechthoekige emotie.
Ongeveer een minuut staarden het bijna uitgewiste gezicht en het mijne elkaar aan in de ondraaglijke herfststilte.
Wie was deze houten man? De ruwe plotselinge sculptuur van zijn marteling was als een snijdende, zwarte, mechanische kreet in het sponzige organisme van het duister. De reuzenmond van de nacht spoog nadrukkelijk de hoekige waarheid van zijn gemartelde lichaam uit. In de droom van een of andere middeleeuwse heilige had ik eerder gezien hoe hij omringd door montere engelen tussen twee rovers hing. Deze nacht was hij alleen, afgezien van mij en de kleine bloesem van de maan die door de wolkenflarden sproot.
De Enorme Zaal neemt een bijzondere plaats in te midden van de vele romans over de Eerste Wereldoorlog. Het is geen frontroman vol etter, bloed en vuil, maar een reeks karakterstudies van kleurrijke figuren, vaak uit de heffe des volks, met wie Cummings een grote affiniteit heeft. ‘There had never been anything quite like it before en there had never been anything like it since’ zegt Cummings’ biograaf Richard Kennedy, en zo is het.