Na het overlijden van haar moeder koopt Fleur in goed overleg met broer Maurice en zus Elvira de ouderlijke woning. In minder goed overleg eigent ze zich het trouwservies toe dat ze bij het opruimen van de kasten vindt. Het leidt tot een verwijdering tussen Fleur en haar zus. Elvira heeft altijd het gevoel gehad dat Fleur de lieveling was van hun moeder, en nu voelt ze zich gepasseerd. Dat het haar om veel meer gaat dan alleen een trouwservies, lijken Fleur en ook Maurice niet te begrijpen.