Het verhaal speelt zich af in 1722, in Parijs, woonplaats van Voltaire. De filosoof Voltaire is bezig met het verzamelen van materiaal voor een biografie over Karel XII van Zweden, die door een sluipmoordenaar gedood werd. Voltaire kan maar geen sluitende bewijzen aanvoeren tegen kolonel Siquier, de vermeende moordenaar. Het verhaal bestaat voornamelijk uit dialogen tussen de filosoof en de sluipmoordenaar.