Achter het schilderij zat een deur… Elizabeth deed de deur geruisloos open en knipte haar zaklamp aan. Toen ging ze naar binnen. Koude lucht vulde haar longen. Ze was alleen in de geheime gang.
Elizabeth gaat terug naar Winterhuis Hotel, het hotel van haar grootvader. Winterhuis is een fantastisch hotel met een snoepkeuken, bioscoop, skibaan en een bibliotheek met duizenden boeken. Maar het is ook een hotel met een duister verleden, vol raadsels en geheimen. Midden in de nacht worden sloten opengebroken en personeelsleden aangevallen. Iemand zoekt naar de geheime gangen die er lang geleden geweest moeten zijn. Waarom? Wat – of wie – is daar verborgen?