Londen wordt opgeschrikt door de vondst van de op gewelddadige wijze aan zijn eind gekomen uitgever en drukker Ezekiel Crabb, zijn vrouw, zoons en enkele gezellen. Als de zeer begaafde dichter John Clayton op de zolder van het uitgevershuis wordt aangetroffen, lijkt de zaak meteen opgelost. Clayton zou een conflict met zijn uitgever op bloedige wijze hebben beslecht.
Sir John, die zich ook nu weer verzekerd weet van de hulp van het dertienjarige weeskind Jeremy, zet echter vraagtekens bij een te snelle beschuldiging van de zonderlinge poëet. Zijn twijfel verandert in argwaan door de bezigheden van een groep overijverige en bekeringslustige broeders...