In 2011 debuteerde Merijn de Boer met de verhalenbundel Nestvlieders, die werd bekroond met de Lucy B. en C.W. van der Hoogtprijs. Nu, na twee succesvolle romans, keert hij terug naar het genre van het korte verhaal.
In De geur van miljoenen gaan ernst en spel hand in hand. Veel verhalen zijn reacties op of geïnspireerd door het werk van schrijvers die De Boer bewondert, zoals Gogol, Springer, Nabokov en Proust. Een man krijgt tot zijn verbazing een rouwkaart van een oud-collega door wie hij altijd werd gehaat. Op de crematie krijgt hij tot zijn nóg grotere verbazing een vipbehandeling. In een ander verhaal zet een man een advertentie in de krant: hij wil samen met iemand alle romans van Vestdijk lezen. Iedereen die reageert beschouwt zijn oproep als een contactadvertentie, terwijl hij echt alleen maar Vestdijk wil lezen.
De geur van miljoenen toont De Boer in vele gedaanten. Met deze verhalen laat hij zien waartoe hij als schrijver in staat is.