Opa John heeft een varkentje gekocht om een wedstrijd mee te winnen. Wat voor wedstrijd weet hij nog niet precies, hij denkt iets met schoonheid.
Een varken kan volgens opa alleen een schoonheids-wedstrijd winnen als hij lekker dikke billen heeft. Dus daar moet nog even aan worden gewerkt.
Gelukkig zijn varkens alleseters. Net als mensen. Elke dag haalt opa bij de bakker het afgekeurde brood en gebak op: croissantjes en krentenbollen van net over de datum, roze koeken, gevuld speculaas… het varken vindt alles lekker.
Opa John trouwens ook.
Maaike ziet het allemaal met lede ogen aan. Tegelijkertijd met het varken zit opa John zichzelf vet te mesten. Volgens haar kan opa beter mikken op een ander soort wedstrijd. Iets met sport of zo? Het is toch helemaal niet gezond om dik te zijn?
Een varken kan volgens opa alleen een schoonheids-wedstrijd winnen als hij lekker dikke billen heeft. Dus daar moet nog even aan worden gewerkt.
Gelukkig zijn varkens alleseters. Net als mensen. Elke dag haalt opa bij de bakker het afgekeurde brood en gebak op: croissantjes en krentenbollen van net over de datum, roze koeken, gevuld speculaas… het varken vindt alles lekker.
Opa John trouwens ook.
Maaike ziet het allemaal met lede ogen aan. Tegelijkertijd met het varken zit opa John zichzelf vet te mesten. Volgens haar kan opa beter mikken op een ander soort wedstrijd. Iets met sport of zo? Het is toch helemaal niet gezond om dik te zijn?